Er is enig ongemak geweest over onze toekomstige vorstin, die verklaarde: ‘de’ Nederlander bestaat niet. Ze had zeven jaar lang naar hem (of haar, haast ik mij toe te voegen) gezocht, en hem niet gevonden. Ik zou zeggen: als zelfs zij hem niet kan vinden, dan moet u ervan uitgaan dat hij ook niet bestaat.
We moeten dus op een andere manier gaan zoeken naar de Nederlandse identiteit. Kijk eens voor uw voeten. Wat ziet u daar: gras. Nee, u moet niet flauw doen en zeggen: asfalt. U ziet gras.
Ik durf te wedden dat u in uw jeugd in het gras hebt ternedergelegen om dat gras eens van nabij te bekijken. De kleine natuur-wetenschappers onder ons hebben zelfs de spinnetjes en torretjes in het gras zien lopen. De kleine sadistjes onder ons hebben de beestjes geplet. Maar werkelijk elke Nederlander kent deze jeugdervaring van het neerzijgen in het gras en eventueel het fluiten op een grashalm.
Daar hebben we dus op zijn minst een deel van de Nederlandse identiteit te pakken. Het is vreemd dat onze belangrijkste schilders het gras niet tot een bepalend onderdeel van hun kunstwerken hebben gemaakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten