donderdag 4 oktober 2007

Middagje uit

‘Het was me het middagje wel, Zeester.’
‘Dat mag je zeggen.’
‘Heb jij die vent op het perron gezien, die zomaar tegen het stationsgebouw stond te pissen?’
‘Nee.’
‘En toen hij klaar was, kwam er een mevrouw met een Afghaanse windhond langs, en die hond staat stil, ruikt even en begint die pis op te likken.’
‘Dat heb ik ook allemaal niet gezien, want ik was naar jou op zoek.’
‘Je vond me snel.’
‘Logisch. Zoek naar man met beschaafd voorkomen en een blindenstok, had je geschreven, en zodra de trein aankwam stond je te zwaaien met die stok.’
‘Ik zwaaide niet, ik wenkte. Het was vooral mijn beschaafde voorkomen dat je opviel.’
‘Dat ook, Ben. Dat ook.’
‘En Pietersen viel je ook mee?’
‘Die viel me enorm mee, ja. Hij glunderde helemaal toen je zei: wat ik mis, is een man voor het nieuws. Een G.B.J. Hiltermann. Toen zag je hem nadenken en een minuut later zegt hij: dat kan ik wel doen, ja. En toen jij, alsof er een last van je schouders was afgenomen, zeggen: Godzijdank!’
‘En jij bijna dansen: Hij doet het! Hij doet het!’
‘En Pietersen zegt dan doodkalm: uiteraard, dat is geen probleem voor Henk P. Pietersen. En toen kwam mevrouw Pietersen binnen.’
‘Greta.’
‘En die begint haar man te voeren. En ze begint met een eindeloos verhaal over mannen met kaken die niet zelf meer kunnen eten, of wat ze ook vertelde.’
‘Maar het is wel een lief mens. Ze praat enorm veel, maar ze is lief. Ze is ook lief voor dieren.’

1 opmerking:

Anoniem zei

Ha Ben,
Eindelijk ben ik ook weer thuis. Het was inderdaad een vermoeiende middag maar wel een succesvolle.
Het was zeker niet moeilijk je te vinden, er waren bijzonder weinig mensen met zo een beschaafd voorkomen op het perron.
Ik vond het wel een beetje moeilijk om naar Henk Pietersen te kijken met die kaakklem, maar hij leek vrij monter en het was leuk om te zien hoe hij nog meer opbloeide nadat je hem gevraagd had om de tweede G.B.J. Hilterman te worden.
Greta was precies zoals ik me haar had voorgesteld, een kwebbelig typje maar wel heel aardig en inderdaad, wat is ze lief voor dieren. Ze beschouwt haar hond en poes echt als haar kindertjes. En wie doet dat nu nog tegenwoordig?
En zo schattig dat ze haar hondje Meppel heeft genoemd omdat hij uit Havelte komt. Ze had hem ook Emmen, Grollo of Assen kunnen noemen maar nee, het moest Meppel zijn.
Begrijpelijk dat ze zich zorgen maakt over het kussen van Henk, maar liefde vindt altijd een weg, dus dat komt wel goed.