‘Geachte mevrouw Zeester.
Wij moeten maar niet gaan huwen of een samenlevingsaggregaat aangaan, want wij zouden de hele dag ruzie maken. Als ik Mieke Telkamp opzet (‘Waarheen, waarvoor?’) of het nummer ‘Oei babbeloeba’ (ik weet even niet meer van wie dat is, ik dacht Eddy Christiani), dan zijn de poppen al aan het dansen.
Heeft u de laatste Dienst Somberheid al gezien? Dat vind ik zo ingemeen van de heer Hoogeboom! Om het ‘Melkmeisje’ zo belachelijk te maken, nota bene hoort dit schilderij van Rembrandt tot de nationale kunstcanon! Ik vind dat de heer Hoogeboom wederom de plank flink misslaat.’
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Maar meneer Pietersen toch!
De gedachte aan een huwelijk of welke samenlevingsvorm met u is helemaal niet bij mij opgekomen.
Dat zou inderdaad de gehele dag en nacht op conflicten uitdraaien.
Mieke Telkamp ("Waarheen, waarvoor?") is voor mij al een reden om onmiddellijk op de vlucht te slaan.
Hebt u weer last van uw overvolle agenda? Mijn blik viel wederom op een 'major slip of the pen.'
U moet wel bij de les blijven en uw klassieken bijhouden hoor!
Maar waarom vindt u dat de heer Hoogeboom de plank weer flink misslaat? En waarom vindt u hem zo ingemeen?
Misschien kunt u mij dat eens uitleggen?
Een reactie posten