vrijdag 31 augustus 2007

Dwarslezing

Ik bewonder sommige schrijvers. Sommige schrijvers doen een moeite die ik mezelf niet zie nemen. Neem het stuk over de files in ‘Dwarslezing’. Ik zou zeggen: openbaar vervoer, neem de fiets eens, en ga thuiswerken. De kalmte die de dwarslezer neemt om de zaak nog eens uit te leggen vind ik bewonderenswaardig.
Ik zou nooit gezegd hebben dat zulke oplossingen binnen de VVD niet gangbaar zijn, maar dat is een kwestie van stijl.

Blog 2.0

Soms lees je teveel. Ik wilde vandaag iets zeggen over Mark Rutte’s uitspraak over de hardwerkende Nederlanders die last zouden hebben van dit kabinet. Maar toen las ik Max Dohle in zijn ‘Blog 2.0’, die het onderwerp afdoende behandelt.
Je denkt natuurlijk: dat had ikzelf beter gedaan (dat had ik ook), maar toch wordt je de lust ontnomen om het er nog eens over te hebben.

Gelui (3)

Je hebt me volkomen ‘bekeerd’, Frank, en dat komt door je zeer redelijke reactie op ‘Gelui (2)’. Iets in mij zegt dat je niet moet protesteren, nooit, nergens tegen. Ik heb me mijn hele leven naar links, naar rechts, naar achteren en naar voren laten duwen, en ik ben er ongeveer net zo aan toe als de gemiddelde protesteerder. Maar dat is, merk ik nu aan je reactie, alleen maar mijn geval. Ik begin nu te begrijpen dat een ander anders kan reageren.
Als ze, om op het gelui terug te komen, zouden besluiten om de Agneskerk (15 meter van me af) tot Moskee van het Westen te verbouwen, met minaretten en al, dan zou ik zoiets alleen maar ‘interessant’ vinden. Ik zou me vermaken met de verschillende reacties in het plaatselijke Sufferdje. Ik zou me gaan interesseren voor wat de minarettenspreker (hoe heet zo’n man ook?) uitroept, ik zou een woordenboekje Arabisch-Nederlands kopen enzovoorts. Ertegen protesteren zou ik nooit doen. Dat anderen tegen dat afschuwelijke gewauwel protesteren, tja, daar kan ik nu toch wel een beetje inkomen.
Dank dus voor je reactie.

Depressie

Ik geloof niet dat er een medicijn bestaat dat tegen depressies helpt. Praten met therapeuten of psychiaters helpt ook niet. Die mensen kennen een depressie alleen ‘van buiten’. Ze zijn niet zelf depressief.
Het enige dat een beetje helpt, is praten met andere depressievelingen. Dat je het idee krijgt: ik ben niet de enige met die verdomde rotziekte. Ik ben niet alleen. Niet dat dat wat uithaalt, maar je kunt dan makkelijker volhouden.

Werk boven inkomen (3)

Inge Zwart, coach ConsenSZ, en haar assistent Sergej zijn vanochtend langs geweest. Ik zag ze tegen elven rondzwerven door mijn buurtje, dus ik deed mijn raam open en riep dat ze linksom het woonblok en dan de trap op moesten, om op mijn adres te geraken.
Zo toegeroepen, zo gedaan. Het bleken twee aardige mensen te zijn. Sergej zag ‘Anna Karenina’ van Tolstoj op de grond liggen en zei dat zijn moeder hem Sergej had genoemd, omdat ze tijdens haar zwangerschap hetzelfde boek had gelezen. Zelf had hij het nog niet gelezen (‘het is ook zo’n dikke pil’). Ik heb maar niet gezegd dat hij dat zeker nog eens moest doen, omdat ik zo eentweedrie niet weet of er een Sergej in dat boek voorkomt. (Ik ken wel een ‘vader Sergej’ bij Tsjechov, en ook een Sergej bij Toergenjev. O ja, ook eentje bij Leskov. Nou vooruit, dan zal Tolstoj er ook wel één gehad hebben.)
Ze bleken zich enigszins met mijn dossier bekend te hebben gemaakt. Ik hoefde, behalve mijn ID-kaart, niets te overleggen. ‘U hoeft niet te antwoorden,’ begon Inge.
‘Bent u gek. Ik zeg altijd alles tegen iedereen,’ zei ik. ‘Vraagt u maar.’
Toen kwam er een godsallejezus lange zin, die hier op neer kwam: hoe is uw leven geweest?
Ik dus op mijn praatstoel (daar zit ik altijd op, als ik niet depressief ben). Ik vertelde over de depressies, over het baanvak Alkmaar-Castricum dat je vrij goed leert kennen in tijden van uiterste somberte, over het vak van therapeut, over betablokkers, Remidon en alle andere niet werkende middelen, over mijn herseninfarcten en de gevolgen daarvan, over mijn hartfalen en zo verder.
‘U heeft wel wat meegemaakt,’ merkte Sergej op.
‘Dat vind ik zelf ook eigenlijk. Daarom probeer ik nu zo weinig mogelijk mee te maken.’
‘Dat kan ik best begrijpen,’ zei Inge. ‘En hoe vult u nu uw dagen?’
Ik dus weer verder oudehoeren. Lezen, blog schrijven, slapen, boatskapjes doen, eten maken, beetje praten met een paar oude mensen in de Prins Hendrik Stichting.
‘Doet u aan sport?’
‘Niet dagelijks,’ zei ik, wijzend op mijn wandelstok in de hoek achter mij.
Algemeen gelach.
‘Hoe doet u dat nu, als u een depressie heeft?’
‘Ik doe er niets meer tegen,’ zei ik, ‘behalve wachten. Het gaat ook weer over, is mijn ervaring.’

Gelui (2)

Bedankt voor je mail, Frank. Je zegt dat die Tilburgse kerk in een ‘oude arbeiderswijk’ staat, en dat de mensen ‘wreed’ gewekt worden door het gelui van de kerkklokken. De mensen die daar wonen, hoeven niet meer naar hun werk, hoeven ook hun kinderen niet meer naar school te brengen. Dus waarom dan zo vroeg?, vraag je.
Goeie vraag. Ikzelf zou er niet tegen protesteren (ik heb in mijn leven nog nooit tegen wat ook geprotesteerd), maar ik kan het me wel voorstellen. Mijn stukje was wat gerailleerd.
Maar toch. Als je langs een spoorbaan woont, krijg je om de haverklap de decibellen om je kop. Nooit hoor je daar iemand over klagen. Dus ik begrijp eenvoudig niet hoe iemand zou kunnen klagen over die kerkklokken. Daar wen je toch aan?
(Leuke gedachte dat je zo betrekkelijk dichtbij woont.)

donderdag 30 augustus 2007

PvdA, opgelet!

Jullie kunnen het nog één keer fout doen. Daarna niet meer. Van het ontslagrecht blijven jullie af. Ga nog één keer mee met de werkgevers (dat doen jullie toch niet, is het niet?), en jullie hebben het verloren. Einde PvdA.
(En het is al zo makkelijk voor een werkgever om een werknemer te ontslaan. Wees eerlijk.)
(Jullie kunt ons ook dwingen SP te stemmen. Bedenk dat wel.)

Begroting (2)

En hoeveel geld is er uitgetrokken ter voorkoming van de 1700 zelfmoorden ’s jaars? Ik wil wel wedden: niets. Ze doen er niets aan in Nederland. Geen plannen, geen voornemens, geen centen. Nada.
Natuurlijk wel een hoop geld voor ‘terrorismebestrijding’. Daar valt één dode bij in 5 jaar. Hoogstens.

Begroting

De begroting is klaar, kwam Wouter Bos vertellen. Ik vraag me af, of er in die begroting ook bijvoorbeeld 600 miljoen euro’s zijn meegenomen voor a) Afghanistan of voor b) Darfur (zie hiervoor http://arnoldkarskens.blogspot.com/).
Want uiteraard moeten we direct weg uit Afghanistan, en even natuurlijk moeten we nooit naar Darfur gaan. Darfur is te groot, zoals Uruzgan te groot is, voor dat leger van ons. Je moet je maat kennen.

Gelui

Om 07.15 uur schijnt een kerkklok te Tilburg geluid te maken, zo hard dat een aantal omwonenden er een rechtszaak tegen gevoerd heeft.
Ik woon pal naast de Agneskerk. Dat is wel niet een katholieke kerk, dus ze gaan niet obsceen tekeer met het gelui.
Ik vraag me af: wat is er tegen wakker worden om 07.15 uur? Het spaart toch een wekker uit? En je bent elke ochtend vroeg uit de veren. Gratis!

Oefeningen

In april 2002 lag ik voor de tweede keer in het ziekenhuis, na een (tweede) herseninfarct, en met twee elefantiasis-benen (gevolg van hartfalen). Sinds die tijd doe ik elke ochtend deze oefeningen.
Na het opstaan om 8 uur ga ik ‘drentelen’. Mijn rechterbeen wil namelijk niet meer zo goed (net als mijn rechterhand overigens). Ze zeiden in het ziekenhuis: misschien moet u een rollator proberen. Dat nooit!, dacht ik.
Dat drentelen ziet er als volgt uit. Ik begin met door mijn huis te lopen waarbij ik steeds omlaag kijk, naar mijn benen. Na een paar minuten drentelen kijk ik naar voren, dus niet meer naar mijn benen. (Ik blijf natuurlijk voortdurend denken aan mijn benen.) Daarna kijk ik naar links en naar rechts, terwijl ik heen en weer loop. Als ik denk dat ik vandaag wel weer kan lopen, ga ik op mijn hometrainer nog eens 5 of 10 minuten fietsen. Daarna pas kleed ik me aan en maak ik een ontbijt.
Je moet je nooit laten inpakken, is wat ik zeg.

Gelukkige loting

Je zult het weer zien vanavond, in het 8 uur journaal of anders in het sportjournaal: een snoeshaan van de sportberichtgeving (zo eentje die weer te diep in het glaasje heeft gekeken), die met een gelukzalig gezicht komt melden dat PSV goed geloot heeft voor de Champions League.
Ik heb het geluid altijd uit dus ik weet niet wat de oelewapper precies zegt. Iets als ‘Gelukkig dat het geen Chelsea of Barcelona is geworden’? Ik ben een slecht liplezer, dus ik weet het niet. Natuurlijk wordt coach Koeman om commentaar gevraagd. Koeman zegt ook iets, glimlachend. En dan krijg je natuurlijk daarna al dat voetbal nog, waar ik niet naar kijk. Te vervelend. Ik kijk graag naar tennis, als Roger Federer speelt, naar sumo en naar snooker. De B-sporten dus, volgens Johan Derksen. Ik heb het altijd jammer gevonden dat het schaakspel nooit wordt getoond op de tv.

Werk boven inkomen (2)

Vanochtend had ik een strippenkaart ‘versierd’ bij een kennis, dus ik bel om 2 uur Inge Zwart, coach ConsenSZ, om te zeggen dat ik morgen zeker om 11 uur zal verschijnen op onze afspraak. Ze was er niet, ze was ‘in bespreking’. Een uurtje later belde ze me terug: ze was heel blij dat ik kom komen, maar was ik ook niet ‘niet in staat’ om naar het gemeentehuis te komen?
‘Nou, niet in staat is veel gezegd. Het is altijd moeilijk, maar doenlijk.’
‘Want anders kom ik naar jou toe, met Sergej’ (dat is de naam die ik verstaan heb).
‘Prima! U bent heel welkom. Dan ziet u ook eens hoe een bijstandstrekker thuis leeft.’
Het is altijd een stuk prettiger om uit te leggen wat er aan de hand is, welke medicijnen je slikt, welke oefeningen je ’s ochtends doet en zo meer, het is altijd een stuk prettiger om dat ‘op eigen grond’ dus thuis uit te leggen.
Ik zal haar ook vragen wat ConsenSZ is en wat het doet.

Werk boven inkomen

Ik heb (een uitkering in het kader van de Wet Werk en) Bijstand van de gemeente Bergen. Die bijstand bedraagt maandelijks € 830,47 plus in de maand juli ‘vakantiegeld’ van ongeveer € 500 en in de maand oktober wederom een bijdrage van € 500. Ik ben daar uiteraard heel dankbaar voor.
Zo ongeveer om de vier jaar gebeurt er iets. Dan gist het in ambtenaarskringen. Ik kreeg vandaag een brief. ‘Periodiek doet de gemeente Bergen een heronderzoek onder de niet of gedeeltelijk werkende bijstandscliënten om hun situatie opnieuw te beoordelen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de organisatie ConsenSZ.’ ‘U wordt uitgenodigd voor een afspraak met Inge Zwart, coach ConsenSZ, op vrijdag 31 augustus 2007 om 11.00 uur.’ ‘Daarnaast verzoeken wij u om ook een overzicht mee te nemen van de door u genoten opleiding en uw werkervaring, bij voorkeur in de vorm van een cv.’
Ik heb uiteraard vanochtend gebeld dat ik op 31 augustus niet kan komen. Ik heb het geld niet om er in de laatste dagen van de maand een strippenkaart van te kopen. ‘Maar het is wel een zeer belangrijke afspraak, meneer.’
‘Uiteraard, dat begrijp ik.’
‘Dus ja.’
‘Wat u zegt: dus ja.’
‘Maar... u ontvangt uw volgende uitkering toch op de 31ste?’
‘Die hoop ik te ontvangen op de 31ste of de 1ste van de volgende maand.’
‘Dan bel ik u komende vrijdag de 31ste, om te horen of u de uitkering hebt ontvangen. Hebt u hem ontvangen, dan kunt u dus naar mij toe komen.’
‘Belt u dan wel vóór 9 uur, mevrouw? Anders is het mij niet mogelijk te 11 uur op de afspraak te verschijnen.’
‘Jaja jaja.’
Het zal evengoed krap worden om die tijd te halen, hoor. Je gaat om 10.15 uur met bus 165 naar Alkmaar. Dan met bus 160 naar de J. Ligthartstraat te Alkmaar, waar het gemeentehuis van de gemeente Bergen is gevestigd. Het zal me benieuwen. (Kijk. Ik heb die locatie ook niet gekozen.)

Dat hele gedoe, met een organisatie (ditmaal ConsenSZ) die bijstandscliënten gaat doorlichten - is zoiets teveel werk voor een ambtenaar? - dat hele gedoe hebben we vier jaar geleden ook al gehad. Precies hetzelfde. We moesten allemaal weer aan het werk. Uitkomst, in mijn geval: u hoeft niet meer aan het werk, meneer Hoogeboom. U bent te ziek.
Zo zal het ook dit keer gaan.
Ik heb voor de aardigheid het bijgaande cv geschreven, dat ik aan Inge Zwart (coach ConsenSZ) zal overhandigen.

CURRICULUM VITAE
B E N H O O G E B O O M
Ik praat zeer ongaarne over mijn verleden.
Geboren: daar en daar, op die en die datum. Zie mijn dossier.
Opleiding: zie mijn dossier.
Werkzaam geweest: zeker. Zie mijn dossier.
Ziekten: hartfalen; gevolgen van herseninfarctjes (voornamelijk in het geheugen en in de lichte motoriek van de rechterhand; ook kan ik niet meer fietsen, ik kon ook niet meer pianospelen, nauwelijks nog leesbaar handschrijven en het tikken gaat ook niet zo goed); claudatio intermittens (etalagebenen); een nog tamelijk milde vorm van manische depressiviteit (sinds mijn 16e). Zie over dit alles ook mijn dossier.
Ik slik: isosorbidemononitraat, fosinorm, carvedilol, bumetanidum, cardura, simvastatine, tavonin en acenocoumarol. Op de tavonin na (dat is voor mijn etalagebenen) is dit allemaal voor mijn hart. Ik moet voorts eens in de zeven, veertien of eenentwintig dagen te bloedprikken. Dat is voor de hoeveelheid acenocoumarol, die ervoor zorgt dat de kans op trombose (vergroot door inname van al die middelen) verkleind wordt. Tenslotte vermijd ik alle vormen van stress.

woensdag 29 augustus 2007

dinsdag 28 augustus 2007

Tektonische humor

Zapruder heeft een mooi verhaal geplaatst, waarin een Amerikaan beweert dat Pangea niet bestaan kan hebben: je zou dan aan de ene kant van de aarde Pangea hebben, aan de andere kant alleen maar water. Daarmee zou de wereld in onbalans zijn. Ik moest meteen al zo hard lachen dat ik de naam van die Amerikaan nu al kwijt ben. Neal Dinges, zoiets.
De wereld zou nu ook in onbalans zijn, volgens die theorie: kijk maar naar de grootte van de Stille Oceaan, met aan de andere kant van de aardbol al dat land. Dat zware land.
Hij ontkende overigens niet de tektoniek. Hij zei wel dat de aarde daarvoor vroeger kleiner moest zijn geweest. Dan zou het met die tektoniek wel kloppen. Maar dat is niet het beste deel van zijn ideeën. Het beste deel is dat van die onbalans!

maandag 27 augustus 2007

Moord opgelost (?)

Na 10 maanden van onderzoek door de Russische FSB, heeft diezelfde FSB (v/h KGB) gemeld dat Politkovskaja, de Russische journaliste, is vermoord door een gezelschap van 10 mensen, geleid door een ‘Tsjetsjeens bendeleider’.
Politkovskaja vermoord door een Tsjetsjeen??? Welk motief had die Tsjetsjeen dan? Als de Tsjetsjenen één persoon niet wilden vermoorden, was het Politkovskaja.
De echte dader moet in één van de volgende drie hoeken gezocht worden:
1. de patriotten van Rusland;
2. de rijken van Rusland;
3. de FSB.
Daar vallen de nrs. 1 en 2 af. De patriotten hebben de middelen niet, de rijken maken zich niet druk over Politkovskaja. Houden we de FSB over. Zoals de FSB (de heer Polugoj) eerder in Londen al de heer Litvinenko afmaakte. En zoals de FSB eerder ook al verschillende mensen vermoordde, bijvoorbeeld degenen die iets wisten over de ‘aanslagen’ die leidden tot een heropleving van de Tsjetsjeense oorlog.

zondag 26 augustus 2007

Testosteron

Het valt niet mee, wat de Nederlandse blogs zoal te vertellen hebben: je kunt alle onzin elke dag op ‘bloglog’ lezen. GeenStijl, Paris Hilton, Britney Spears zijn de voornaamste onderwerpen. Komkommernieuws dus, small talk. Vandaag bijvoorbeeld is het enige aardige feitje in ‘bloglog’ een uit Science Daily overgenomen bericht dat mensen met een hoog testosteronniveau grager kijken naar een foto van een woedend gezicht, een junkiegezicht, een wielrennersgezicht. Of men ook face to face graag met zo’n gezicht van doen heeft, staat er niet bij.

Humanitair drama

De branden in Griekenland hebben dit jaar zo’n 50 mensenlevens gekost. Het NOS Journaal zei er dit van: ‘Aanvankelijk was het een drama voor de natuur, nu is het ook een humanitair drama.’
Afgezien van het feit dat zo’n zin niets toevoegt en dus weggelaten kan worden, is de zin ook fout. (‘Het gesprek tussen de kynologen ging over honden en ook over Duitse staanders.’)
De fout is dat de homo sapiens sapiens buiten, of liever nog boven de natuur wordt geplaatst, een oude christelijke gewoonte: meesters der schepping, rentmeesterschap, kroon op de evolutie.
Iedereen met een beetje kennis van zaken weet dat het puur toeval is dat het menselijk ras bestaat.

zaterdag 25 augustus 2007

Earthquake watch

Ik kijk soms naar het wereldkaartje van Earthquake Watch, om te zien of er nog wat gebeurd is. Vandaag was er weer wat op de Andaman Eilanden vlakbij India: 4,5 of 5,4 op de Schaal van Richter, dus het viel nog wel mee.
National Geographic heeft een programma over ‘supervulkanen’, dat u vast wel eens gezien heeft, want ze zenden het eens per week uit, ongeveer. In dat programma worden we bang gemaakt voor de vulkaan onder het Yellowstone Park, die zou kunnen uitbarsten. Pas in de laatste 10 minuten van het programma komt het verlossende woord: het zal daar wel niet zo’n vaart lopen, omdat er maar 10% gesmolten gesteente onder de grond zit. Moet minstens 50% zijn. Dus we kunnen nog wel 100.000 jaar mee.
Gevaarlijker zijn de vulkanen op Java en Sumatra, en de Vesuvius bij Napels, die zomaar tot uitbarsting kunnen komen. In het Andesgebergte en in Alaska zijn ook nog een paar nare vulkanen. Een van die vulkanen hoeft maar even te gaan brullen, en het hele CO2-verhaal van Gore zal blijken een praatje te zijn geweest.
Maar daar ging het me niet om. Dat wereldkaartje van Earthquake Watch klopt niet. Antarctica is ontzettend groot, dus je neemt dan aan dat ze de wereldbol van die kant, van het zuiden uit zien. Maar Afrika is weer heel klein. India telt helemaal niet mee. Veel te groot zijn Noord-Amerika en Europa en Rusland.
Het zou veel redelijker zijn om Afrika als middelpunt te nemen van je wereldkaart. Links Amerika, rechts Australië enzovoorts. Europa is dan ongeveer even groot als de Sahara, wat in de werkelijkheid ook zo is.

Uruzgan

Nu zegt Max van der Stoel (PvdA) weer dat we beter in Uruzgan kunnen blijven. Als we weggaan, immers, zou dat een geweldige aanmoediging voor de taliban blijken. Ik zeg: dan kunnen we nooit meer weg. Het maakt echt niet uit of we nu weggaan of over een jaar of over drie jaar, wat die aanmoediging betreft.
Ook dat argument is dus onzin. We hadden al het argument gehoord dat het goed voor onze veiligheid zou zijn om daar te blijven vechten. Want die taliban is echt heel erg. Als die het weer voor het zeggen krijgen, berg je dan maar. Maar ze hadden het een tijdje voor het zeggen, en dat was niet onveilig voor Nederland.
‘Ja, maar dat was onveilig voor eh... voor Amerika!’ Daarop is mijn antwoord: so what? Daar hoeven wij ons toch geen zorgen over te maken?
Alle argumenten wijzen op een directe terugtrekking van onze Nederlandse troepen uit die oorlog. Dus zal het wel weer zo gaan dat het kabinet toch nog een argumentje vindt om ons daar te laten blijven.
Het zal de PvdA geen goed doen. Als de PvdA ermee instemt, en niet uit dit kabinet stapt, zal de PvdA duikelen naar een zeer schamel aantal zeteltjes. Hoeveel? Vier of vijf, schat ik. Ik schat dat het dan voorgoed voorbij is met de PvdA.

vrijdag 24 augustus 2007

Wikipedia

Zapruder heeft een artikel over Wikipedia, en klaagt in dat artikel over de vele Schund die bijvoorbeeld het Amerikaanse leger of de CIA of de Nederlandse overheid in Wikipedia zetten.
Tja. Dat kon je ook wel verwachten, als wij met z’n allen een encyclopedie gaan maken. Dan krijg je bijvoorbeeld onder de kop ‘Zimbabwe’ te lezen dat Mugabe himself het land van de blanken heeft bevrijd. Of onder ‘Danoontje’ dat het uitsluitend vitaminen en geen vergiften bevat. U begrijpt wel dat ik deze voorbeelden heb verzonnen, ik heb ze natuurlijk niet nagezocht.
Een encyclopedie moet de waarheid bevatten, niets meer en niets minder. Dus je hebt bijvoorbeeld 1000 of misschien 10.000 medewerkers nodig die die waarheid op schrift stellen. Die medewerkers moeten gekwalificeerd zijn: militaire deskundigen, historici, scheikundigen enzovoorts. Ze zijn met naam en toenaam bekend, ook bij de lezers. Als een natuurkundige bij Philips werkt, dan schrijft hij niet over de gloeilamp. Een artikel over Afghanistan laat je niet schrijven door een journalist die daar embedded is geweest, maar door een onafhankelijke journalist.
Zo moet dat, en ik heb ook al gehoord dat een aantal mensen bezig is met een nieuwe encyclopedie die op deze grondslag gebouwd wordt.
Het enige dat wij moeten doen, is: onderwerpen aandragen. Zo heb ik nergens nog een artikel gelezen over het draculaveertje (het mini-pofaddertje dat in het zuiden van India leeft).

Mijn beeldcanon

1. Een vergadering in april 1938 in een fabriek in Magnitogorsk, Rusland. Vijftig of zestig man. Er heeft een man gesproken, en de rest applaudisseert vervolgens. En applaudisseert. En applaudisseert. De mensen bleven applaudisseren. Niemand durfde ermee op te houden. Geen gezicht vertoonde enige vreugde.
2. Die ene zwartwit foto uit 1961 van de begrafenis van Marilyn Monroe, waarop je verschillende van haar collegae ziet. Er is niet één bedroefd gezicht te zien.
3. Die foto van Yuri Gagarin, de eerste kosmonaut, toen hij terugkeerde op aarde. Hij keek alsof hij wilde zeggen: kijk, zo doe ik dat dus!
4. Een filmpje uit 1992 of 1994 van een bonobo of een chimpanzee, die heel voorzichtig een mier van zijn linkerpoot haalt, en die die mier ook laat weglopen. En daar naar kijkt.

Beeldcanon

Vanavond was op EénVandaag een volgende aflevering van de Beeldcanon. Dat onderwerpje wordt altijd voorafgegaan door de mededeling dat ‘de middeleeuwse mens’ in zijn leven evenveel beelden zag als wij in, ik meen, een dag, of een week, of een uur. Het lijkt mij dat een mens uit 1920 evenveel ‘beelden’ te zien kreeg als die middeleeuwer. Trouwens, zagen de middeleeuwers wel zo weinig beelden? Dat lijkt me nog zeer de vraag. Er hadden toen minder mensen televisie dan nu, ja. Maar goed.
De beurt was vanavond aan Toon (zo was zijn voornaam, meen ik me te herinneren) van Tellegen, paparazzo. Hij liet eerst een eigen fotootje zien van prinses Irene, genomen van veraf, een foto die voor honderd of duizend soorten uitleg vatbaar was. Op die foto stond Irene te schilderen, en je zou, zei Toon, zo prachtig kunnen zien hoe de scheiding van Carlos haar pijn deed. Vooruit dan maar, dacht ik, dat is één uitleg. Voor hetzelfde geld dacht Ireentje na over de compositie van haar schildering, of dacht ze na over wat gene boomstam tegen haar fluisterde.
Vervolgens kwam hij aan met het Colombiaanse meisje dat in 1986 verdronk. De cameraman staat het meisje te filmen terwijl ze staat te verdrinken. (Het is echt niet zo dat alle rotzooi is begonnen met het internet.) Het water staat het meisje letterlijk tot de lippen, ze zit tot haar heupen in het drijfzand. Ze kan daar niet meer uit. Zegt Toon: ‘Gooi toch die camera weg! Red dat meisje!’
Zo geloofwaardig, zo eerlijk ook, vindt u ook niet? Van die paparazzo.

TheGoodBlogs

Zo heet een verzameling van Amerikaanse blogs. Ik nieuwsgierig natuurlijk. Er zit een blog tussen met adviezen voor ‘goede blogschrijverij’. Je moet je eerste alinea bijvoorbeeld kort houden, zeggen ze. In het algemeen moet je korte zinnen schrijven. Dat is spannend, zeggen ze.
Hier is mijn advies. Als u kortademig bent, schrijft u korte zinnen, misschien. Maar u moet gewoon schrijven zoals u het gewend bent. Dat doe ik ook, en betere zinnen dan ik schrijf worden niet geschreven door TheGoodBlogs.

donderdag 23 augustus 2007

Een linkse GeenStijl

De Nieuwe Reporter had een stukje over GeenStijl, en pleitte ervoor ook een linkse GeenStijl op te zetten. Ogottogottogot, dacht ik. Als mijn buurman iets smakeloos’ doet, en mijn buurman heeft daarmee een zeker succes, dan moet ik ook smakeloos gaan doen.
Ik heb geen bezwaar tegen de rakkerij of het ‘rechtse geluid’ van GeenStijl. Hoe meer geluid er komt, vanuit welke richting ook, hoe beter. Ik maak bezwaar tegen hun anonimiteit, en tegen de manier waarop men omgaat met kritiek. ‘Wij zijn nu eenmaal schoften,’ luidt steeds, nogal kinderlijk, hun reactie.
Moet GeenStijl verboden worden? Dat zouden Femke en Hanneke natuurlijk wel willen. Maar we moeten ze natuurlijk niet verbieden. Als GeenStijl iets verbodens doet, moeten ze voor de rechter komen en beboet worden.
Ikzelf ben niet bijzonder links (ik ben bijvoorbeeld voor de doodstraf voor seriemoordenaars en kindermoordenaars, ik geloof ook niet dat de CO2-uitstoot ons klimaat doet veranderen), maar ik ben iets linkser dan de PvdA. Dat ben je al gauw natuurlijk. En als ze mij met hatemails ‘bestoken’ (zo heet dat dan, hè), dan reageer ik daar betrekkelijk lauw op.

Hakuho

Er komt vanavond weer sumo op de televisie. Heerlijk! Ik vind het een prachtige sport: dikke mannen die ook nog snel kunnen zijn. Het enige nadeel is de Nederlandse verslaggever. Zodra ik hem hoor zeggen: ‘Dames en heren, welkom. Welkom bij de Nagoya Basho, het grote sumo voorjaarstoernooi in de kabuki hier in Nagoya, Japan. U ziet het, het kan in Japan ook regenen’, zodra hij weer begint mij, u en ons te vervelen met zijn ellendige gebabbel, gaat het geluid uit.
Terwijl ik dit zit te tikken, is net het NOS Journaal van zes uur begonnen. Met de begrafenis van Jos Brink. Daar gaat het geluid ook bij uit.

Verkeerd adres

Bij wie zou je willen onderduiken, in het geval van bijvoorbeeld een Russische of Amerikaanse inval?
Ik zou in elk geval willen weten: heeft u wel eens voor, met of via GeenStijl gewerkt? In dat geval zou ik daar niet willen onderduiken. Je bent je leven daar niet zeker.

GeenStijl-manieren

Ik heb ze niet in mijn ‘bookmarks’ of mijn ‘favorieten’ staan. Ik ben niet zo nieuwsgierig naar hun ouderwetse Telegraaf-manieren. Het is vooral de ouwerwetsigheid van hun site die me tegenstaat. Iemand anoniem achtervolgen of beledigen (of laten achtervolgen en beledigen), dat is zo hopeloos ouderwets. Het doet me allemaal denken aan de Sowjet Unie in de jaren 1922, 1923. (Denkt u daar maar eens over na. Als u het er niet mee eens bent, leest u dan eens iets.)
Wat de advocaten van hun slachtoffers zeggen: bal uw vuist!, is natuurlijk terecht. Er moest alleen in een rechtszaak tegen GeenStijl eens een boete komen van bijvoorbeeld 20 miljoen euro, en niet een fooitje van 2.500 euro.
Eén keer een stevige boete, en hun verwerpelijke flauwekul is meteen over. Omdat ook lafheid zijn grenzen heeft.

Waar doe je het voor, Ben?

Ik zou het ook niet weten. Ik schrijf gewoon de dingen op die ik vroeger in mijn brieven opschreef. Ik wou wel dat mijn verzonnen huisvriendin Sarah weer thuis was.
‘Verzonnen, zei je?’
Ja. Ik had gewoon een tijdje geen zin in ‘gesprekjes’ met haar. Dus ik heb haar weggestuurd, voor een weekje. Ze zit in Engeland.
‘Dan kan ze je toch bellen?’
Nee, haar mobieltje ligt hier achter me. Heeft ze vergeten.
‘Vooruit. Maar er bestaan manieren waarop je een groot publiek kunt bereiken, dat weet je.’
Dat weet ik, ja. Ik zou makkelijk een publiek van bijvoorbeeld 3800 mensen kunnen bereiken die me geregeld lezen. Krijg je ook een hoop reacties. Maar...
‘Maar?’
Er is iets in mij dat zich daartegen verzet. Ik schrijf bijvoorbeeld, bijna serieus, over de meritocratische democratie. Over dat onderwerp wil ik geen reacties lezen.
‘Die reacties zijn je al bekend, bedoel je.’
Ja. Alle tegenwerpingen en ook alle applaus ken ik al. Maar in het algemeen vind ik, laat de mensen maar oordelen over zeg twee jaar. Als ik 2000 stukjes geschreven heb, laat dan iemand maar oordelen.
‘Over het geheel.’
Ja, of nou ja. Ik ga natuurlijk gewoon door.

Vanuit de dader

Het zou goede televisie moeten geven, of een goede film. Je hebt een man en die man zit in een tbs-inrichting. Wat doet hij daar? Ik heb geen idee, om eerlijk te zijn. Na een tijdje komt zijn misdaad in beeld: verkrachting van een vrouw plus moord. Man gaat terug naar zijn huis. Ziet op de televisie wat er gebeurt: politiecommissaris die bijvoorbeeld zegt ‘Als u hem tegenkomt, belt u ons dan meteen. Gevaarlijk individu’.
En zo verder. De man verkracht en vermoordt nog eens een vrouw, bijvoorbeeld. Laat weer sporen achter. Dader berooft een winkelier, wordt dan gepakt en hup, uit het DNA komen ze van alles te weten.
Zo’n simpele verhaallijn, daar moet je het van hebben.
Op ongeveer dezelfde manier kun je ook het verhaal van de Twee van Putte vertellen. Niet vanuit de dader dus, maar vanuit de beschuldigden. Ik hoop nog steeds dat een filmer dat gaat doen.

A touch of Frost

In het VARA TV Magazine (daar ben ik op geabonneerd) las ik dat een lezer het opnam voor Frost. ‘Van de eerste tot de laatste minuut puur genieten,’ schreef die lezer.
Ik ken die Frost niet, dus ik heb vanavond maar eens gekeken. Het viel me niet mee, moet ik zeggen. Het was een ratatouille van verhaallijnen, die niets met elkaar uitstaande hadden. De moeder van Frosts vriendin stierf. Begrafenis. Frost kon er niet bij zijn. Frost en vriendin gaan uit elkaar. Frosts assistente heeft een relatie met een vriendin, waar de vriendin van die vriendin kwaad op wordt. Vriendin steekt vriendin neer. Assistente wordt overgeplaatst. Een rijke, harde zakenman wordt overvallen. Er valt een slachtoffer. Eén man wordt gepakt, dan een tweede, dan een derde. Het wapen waarmee een en ander gebeurde, blijkt opgepakt te zijn door zoonlief, die nu achter papa aangaat jagen. Moord wordt nog net voorkomen. Ik zeg nu maar niets over de verschillende affaires die ook een rol in het geheel spelen.
Waar je mee blijft zitten na zo’n aflevering is het gevoel ‘het zal wel’. Frost is geen Morse. Slecht geschreven, slecht geacteerd.

woensdag 22 augustus 2007

Wat nu?!

‘Wat nu?!’ is dat programma van half acht tot kwart over acht, waarin een goedlachs heerschap dan wel een veel te vrolijk kijkende meid niet één, niet twee, maar wel vijf gasten hebben. Een stuk of tien onderwerpen hebben ze, en daar praten ze over. Elk onderwerp wordt ingeleid met een YouTube-filmpje, waarvan soms ook nog gezegd wordt dat het grappig is.
Wees eerlijk, een slechter format (zo noemen ze dat toch?) had je niet kunnen bedenken.
En dat is eigenlijk nog niet eens het slechtste van dat programma. Het komt voor dat de gasten tot een aardige discussie komen. Het onderwerp is bijvoorbeeld kindermoordenaars. Eén van de gasten komt dan met chemische castratie aanzetten. Wat ik dan wel zou willen weten: welke middelen worden de kindermoordenaar dan toegediend? Hélpen die middelen ook? Maar voor je het weet, zegt de presentator: ‘Volgende onderwerp. Winkeldiefstal, met een filmpje!’
Er zit ook geen gast bij die de presentator de mond snoert door te zeggen: ‘Nee sorry. We blijven even bij dit onderwerp. Het is interessant wat we hier zeggen.’ De enige van wie ik me het kan voorstellen, is die advocate, Inez Weski. Ze zou the only man in het programma zijn als ze het een keer deed.

Leuk bericht over Wilders

Retecool heeft een leuk bericht over Geert Wilders/Silvio Berlusconi. De laatste heeft een Partij voor de Vrijheid opgericht (u weet allang dat dat ‘Vrijheid’ er alleen maar voor de show staat). Retecool heeft er een conclusie aan verbonden: Wilders zit zelf ook in de drugsmaffia! Hij heeft 10 miljoen euro’s in Luxemburg staan!
Het leuke is dat dit natuurlijk onwaar is. Dat zal Wilders er niet van weerhouden een rechtszaak te beginnen. Wacht maar.
Het jammere van mijn meritocratische democratie (voor uitleg daarvan: zie mijn vorige stukjes) is dat we dit soort sappige verhalen zullen moeten missen. Geen Geert Wilders meer. Geen Harry van Bommel meer. Geen juffrouw Thieme, geen juffrouw Kant. U zult er even aan moeten wennen, maar na een half jaar weet u niet beter.

MD, de voordelen

De meritocratische democratie heeft voordelen boven de parlementaire democratie. (Voor een uitleg van het systeem moet u teruggaan naar de stukjes die ik er gisteren over schreef.) Ik zal enkele voordelen noemen.
Stel, er is een minister van GPH (Geld, Productie & Handel; want dat is ook al zo’n voordeel: we gaan de dingen bij hun naam noemen. We noemen het dus niet meer Financiën en Economie) en laat ons zeggen dat die man professor Heertje is. Professor Heertje stelt voor de euro weg te doen en de gulden weer her in te voeren. Hij heeft berekend hoeveel dat kost en hoeveel moeite dat zal geven. Hij bespreekt zijn ideeën met vijf economen. Dat debat wordt uitgezonden op Nederland 1. Na dat debat hebben wij 24 uur om erover te stemmen. Wij stemmen, en het blijkt dat de Nederlandse bevolking er voor 68% tegen is, bijvoorbeeld omdat zo’n omschakeling teveel kost. Ik stel voor dat we professor Heertje nog een kans geven om toch zijn gelijk te halen. Is er bij een tweede stemming nog steeds bijvoorbeeld 59% tegen, dan moet professor Heertje zijn ministerschap opgeven. Hij wordt opgevolgd door de nummer 2, die we voor die post gekozen hadden, en de euro blijft omdat wij dat gewild hebben.
Dacht u dat de Betuwelijn er op deze manier gekomen was? Dat de JSF-straaljagers zouden zijn gekocht? Dat het studiehuis zou zijn ingevoerd? Natuurlijk niet, want wij zouden hebben tegengestemd. Nog zoiets. Je kunt een vertegenwoordiger van de overheid nu niet aanklagen, wat hij ook doet, hoe hij zich ook misdraagt. Wij zouden dat wetje onverbiddelijk neersabelen.
Allemaal dingen die in onze parlementaire democratie niet gebeuren.
Argumenten tegen mijn systeem kunnen zijn: waar haal je de deskundigen vandaan? Hebben we wel zoveel deskundigen? Daarop is mijn antwoord: in elk geval is mijn systeem beter dan het huidige, waarin we maar moeten aannemen dat er een paar Kamerleden deskundig en onbevooroordeeld zijn.
Je moet die deskundigen natuurlijk fors betalen, ze moeten het graag doen en er een zekere status aan ontlenen.
‘Als je de mensen laat meepraten, hebben we de doodstraf zo weer terug!’ Dat kan gebeuren, ja, maar ik geloof dat het zo’n vaart niet zal lopen. Trouwens, wat is er tegen de doodstraf voor kindermoordenaars en -verkrachters?
Het grote voordeel van mijn systeem lijkt me dat de debatten redelijk zullen zijn, omdat de debatteerders er niet zelf over hoeven te stemmen. Dat doen wij.

Oneliner

As I said before, I never repeat myself.
Een oneliner die ik gestolen heb van Cyberbluff Blog, die hem waarschijnlijk gestolen heeft uit een citatenboek.
Taak: vertaal die zin van acht woorden in een Nederlandse zin van acht woorden. Die Nederlandse zin moet even natuurlijk en even grappig zijn als de Engelse.
Succes!

Litvinenko

Wat me opviel tijdens die zaak-Litvinenko: alleen de Engelsen maakten enig amok. De rest van de Europese landen hield zich angstig koest. Bang dat ze gas misliepen, ongetwijfeld. Om dezelfde reden houden de angsthazen zich koest als het over Georgië gaat. Een reden te meer om uit Europa te stappen. Dan maar een klein landje zijn, is mijn mening.

Steeds oneuropeser

Ik merk dat ik steeds oneuropeser word. De meritocratische democratie is niet Europees. De tv is niet Europees, omdat ik bepaalde dwaalzenders onder een knop wil brengen. Zo’n euro, daar wil ik ook eigenlijk een einde aan maken. Er blijft weinig over, dan. Ik wil ook helemaal niet, in Europees verband, naar Darfur of Afghanistan of Birma. Eigenlijk ben ik die hele oorlog waardoor die EU uiteindelijk begonnen is, vergeten.
Nou ja, Rotterdam blijft ook wel bestaan zonder EU. Opstaan en weglopen dus.

Hoe het moet met de tv

Dat is eigenlijk vrij simpel. Nederland 1: debatten. Nederland 2: amusement. Nederland 3: sport. Nederland 4: cultuur. Geen reclames, dat spreekt voor zich.
De verschillende RTL- en SBS-zenders mogen wel uitzenden, maar daar moet u voor betalen, het spijt ons.

Versimpeling?

Dat is natuurlijk het eerste verwijt. Jouw meritocratische democratie, dat kan helemaal niet. Het Tweede Kamerwerk, bijvoorbeeld, dat is razend moeilijk. Maar van Boer Koekoek weten we dat het helemaal niet moeilijk is. Van Wilders weten we het ook. Van juffrouw Thieme van de Dieren ook. En reken maar dat het voor die jongens en meisjes van de SP ook een schot in de roos is. Moeilijk is het voor zo’n VVD, moeilijk is het voor zo’n PvdA.
Dus: afschaffen.
Ik zei net: als je tien ministers hebt, moet je ook tien gezelschappen van deskundigen hebben. Dat lijkt me, bij nader inzien, niet juist. Je hebt meer gezelschappen nodig. Minister Plasterk bijvoorbeeld zou ik onderdeel laten zijn van een wetenschapsgezelschap.
Zou ik onderdeel daarvan laten zijn. Daar kunt u natuurlijk het niet mee eens zijn.
De tv zou vol zijn met heerlijke debatten!

Meritocratische democratie (2)

U heeft zojuist gelezen wat u moet doen. Nu wat de regeerders moeten doen.
Eerste Kamer is afgeschaft, Tweede Kamer is ook afgeschaft. Regering van laat ons zeggen tien ministers is niet afgeschaft. Tien ministers met zeg elk honderd ambtenaren. Meer dan genoeg. Die mogen ook best wat verdienen, natuurlijk. Het zijn tenslotte erebaantjes, waaruit je ook zomaar weggedonderd kunt worden als je je werk niet goed doet.
Wat komt er in de plaats van de Tweede Kamer? Tien (of net zoveel als je ministers hebt) gezelschappen van drie of vijf geleerden. Vijf defensiekundigen. Vijf onderwijsdeskundigen. Vijf zorgdeskundigen. Enzovoorts.
Nu komt het. We hebben tv. Elk debat, tussen de minister en die vijf geleerden, wordt rechtstreeks uitgezonden. Dus je hebt dinsdagavond een debat over wateroverlast. Woensdagavond een debat tussen een andere minister en weer andere deskundigen over de gehandicaptenzorg. Donderdagavond een debat over het lager onderwijs. Enzovoorts. Elke avond is er wel een debat. Een debat tussen deskundigen, dus niet met het CDA, de SP of de PvdA.
U zult zeggen: wat moeten wij daar dan mee? Dat zal ik u zeggen. Via internet kunnen wij stemmen. Een minister kan zo’n stemming verliezen of winnen. Als ie het verliest, moet ie weg. Foutief geparkeerd, meneer! Dat zeggen we dan. En dan komt de nummer twee van de vorige verkiezingen op de eerste plaats.
We stemmen dus: a) op de tien minsters, en b) op de personen van die gezelschappen. Het is even wat werk, ja. We moeten dus verstand hebben van diverse dingen. Een beetje verstand is nooit weg, zeg ik altijd maar.

dinsdag 21 augustus 2007

Meritocratische democratie

Het moet van twee kanten komen: van de regeerders, en van de geregeerden. Als wij willen dat wij goed geregeerd worden, moeten wij daar ook wat voor doen.
Eerste eis dus: een examentje voor iedere Nederlander van 16 jaar en ouder. Als je voor dat examentje slaagt, mag je voortaan stemmen. Ben je dus eigenlijk een ‘echte’ Nederlander. Wie zakt, mag niet stemmen. Dus we organiseren elk jaar een examen, waarvoor de nog niet geslaagden en de jongeren zich kunnen opgeven. Zei ik: kunnen opgeven? Nee, een burger moet gaan stemmen, tenzij hij dat niet kan. Door ziekte, bedoel ik, of door dommigheid. Dus dat examen is verplicht.
Welke soort van vragen moeten er gesteld worden. Hmm!
‘Is het zinvol om meer wegen aan te leggen, als in het verleden is aangetoond dat meer wegen tot meer files leiden?’
‘Moet het autobezitters verboden worden afstanden van minder dan 15 km af te leggen? (Ze kunnen ook met de bus, of met de fiets.)’
‘Zijn er voorwaarden denkbaar waaronder het Nederlandse leger op ‘vredes’missies gaat? Noem drie voorwaarden.’
‘Als we de belastingen met 20% verlagen, wie profiteren dan het meest van die verlaging? Wie of wat profiteert het minst?’
‘Stel, u heeft een hartaanval gehad. Stel, hè. Naar welk ziekenhuis gaat u dan? Betrek in uw antwoord ook Duitse, Belgische, Engelse ziekenhuizen.’
‘Moet het tuchtrecht voor artsen afgeschaft worden? Onderbouw uw ja.’
‘Welke vakken moeten in het middelbaar onderwijs worden gegeven?’ {Ik ga er natuurlijk van uit dat we het over openbaar onderwijs hebben, het enige onderwijs dat betaald wordt door de overheid.}
‘Welke figuur zou u Minister van Rampen willen maken?’
‘Er zijn ontzettend veel teveel ambtenaren in Den Haag. Vijftigduizend of zoiets. Hoeveel daarvan kunnen er volgens u wel weg?’
‘Dat geldt ook voor de provincies. Kunnen de provincies eindelijk afgeschaft worden?’
‘Want wat doet een provincie nou eigenlijk. Laten we wel wezen. Een provincie doet eigenlijk niets. Ja, bestemmingsplannen. Maar verder? Bent u het eens met de stelling dat de laag ‘provincie’ niets toevoegt, en alleen naar last geeft? Onderbouw uw antwoord.’
Wat heerlijk niet, om zulke vraagjes te bedenken.

Zapruder: te simpel

Zapruder vindt onze democratie niet democratisch genoeg (daar ben ik het wel mee eens, om een paar andere redenen) en wil dat we een ‘Regering 2.0’ gaan oprichten. In die regering zitten bijvoorbeeld wel Wouter Bos of Balkenende, maar ze moeten ons beleid gaan uitvoeren, het beleid waar wij voor gestemd hebben.
Dat is het eerste manco al. Wat zal dan, op enig terrein, ons beleid zijn? Goed, kun je zeggen, wat de meerderheid ervan vindt, dat moet gebeuren. Gevolg dus: 49% van de bevolking krijgt ongelijk en wordt een stukje ongelukkiger. Net als nu.
Even verderop schetst hij hoe alles dicht bij de burgers geregeld gaat worden. Als er al besturingsbehoefte is, zegt Zapruder, dan huur je die besturing in. Is die besturing overbodig geworden, dan gaan die bestuurders ook weer weg.
Dacht je dat echt, Zapruder? Dacht je nou echt dat zo’n bestuurder gewoon weg gaat? En als je een verkeerde bestuurder hebt aangesteld (of moet die elke keer ook gekozen worden?). Bijvoorbeeld een Stalin-type of een Hitler-type. Ik hoef hier verder niets over te zeggen, lijkt me. Te simpel gedacht, Zapruder.
Ik ben meer voor een meritocratische democratie. Daarover een volgende keer.

Waarom de euro?

Ik heb me er nooit mee bemoeid, omdat ik dacht: het maakt toch niet uit of je in guldens of in euro’s betaalt. Toen die paar yup’s op de tv kwamen vertellen dat minister Zalm indertijd een verkeerde omschakelingskoers had genomen (dat moest ƒ 1,90 zijn, en niet ƒ 2,20), dacht ik ook: daar bemoei ik me niet mee. All right, we zijn gepakt. So what? Gepakt worden we allemaal op den duur, door Magere Hein.
Natuurlijk is het vervelend dat je voor een kop koffie of een pakje shag opeens guldens meer moet betalen. En daar is het wat prijsverhogingen betreft bepaald niet bij gebleven.
Wie daar grote bezwaren tegen heeft, moet teruggaan naar de gulden. Zo simpel is het. Ik bedoel: eigen initiatief. Zelf een guldenpersfabriek opzetten. Zelf de guldens op de markt zetten, enzovoorts. Het lijkt me een riskante zaak voor een ondernemer. Een doenlijke zaak, maar riskant.
Hoe betrekkelijk goed het gaat met je, als land, als je je eigen munt houdt, bewijzen landen als Denemarken, Zwitserland, Noorwegen, Engeland, of zelfs China. Je dacht toch niet dat ooit Bahrein de euro zou nodig hebben?

Pédophiles

President Sarkozy wil nu ook in Frankrijk tbs gaan opleggen aan pedoseksuelen. Dat lijkt me een goed idee. Tbs is een betrekkelijk goed systeem; afgezien van de paar verlofdingen die er fout gaan, gaat het in Nederland goed.
Dat er in Nederland betrekkelijk weinig moorden, martelingen en verkrachtingen voorkomen, moet deels aan het tbs-systeem en deels aan het opsporingsapparaat worden gedankt. De Nederlandse politie lijkt me een stuk beter dan de Amerikaanse of de Russische. En waar moet het anders in zitten? In onze gezellige manier van leven? Onze ‘beschaving’? Wij zijn echt geen bonobo’s vergeleken met de Bush- of Putin-chimpanzees, hoor.
Het gevaar van Sarkozy’s zet is natuurlijk dat er een nationale jacht op pedofielen wordt ingezet. Een pedofiel is iemand die lichtelijk ziek is, een pedoseksueel is ernstig de weg kwijt. Als ze dat verschil maar blijven maken, komt het wel goed.

maandag 20 augustus 2007

Waar is Sarah?

Sarah is deze week weg naar een kennis die in Wilton (in de buurt van Salisbury) woont. Linda Andover heet die kennis, ze schijnt even depressief te zijn als Sarah. Ik moest maar niet meegaan naar Engeland.
‘Nee, o nee. Ik heb een blog bij te houden, ik moet nog vreselijk veel lezen, noem maar op. En ik word altijd somber in de buurt van mede-depressievelingen.’
‘Bij mij ook?’
‘Bij jou natuurlijk niet, Sarah. Ga nou maar. De bus staat te wachten.’
Kus, kus, en weg was ze. Dit voor het geval dat u zich afvroeg waarom er geen ‘onderhoudjes’ meer zijn op deze blog. Die komen er weer zodra Sarah weer thuis is.

Genealogie (2)

Dank je voor je reactie, Dwarslezer. Het kan geen kwaad hier even te vermelden dat je blog ‘dwarslezing’ een interessante blog is. Ik volg je regelmatig. Weet je wat mijn enige bezwaar is? De woordgrappen op namen van mensen. Daar kan ik niet goed tegen. George Boef zeggen als je George Bush bedoelt, dat kan niet, vind ik. Niet omdat hij geen boef zou zijn - want dat is ie wel - maar omdat, nou ja, je stukken daardoor minder leesbaar worden. Het heeft een te hoog GeenStijl-gehalte, die woordgrappen op namen.
(Ik heb die GeenStijl-jongens nog niet genoeg beledigd, denk ik. Anders zouden ze met mijn achternaam ook heel wat kunnen uithalen: dat zou Heaueaugebeaueaum worden, misschien.)
Nu over je reactie op het vorige stukje. Wat mij interesseert is, hoe het katholicisme in kringen van bijvoorbeeld mijn voorouders in zwang is geraakt, of hoe men zich heeft ‘verdedigd’ tegen het alom aanwezige protestantisme. In welke eeuw moeten we dus zijn? De 17e, de 18e eeuw. In die tijd bestonden mijn voorouders nog niet, zoveel is wel zeker. Dus moet je gaan zoeken naar een boek ‘De trotsche catholiek’ of zo, geschreven in 1758 of 1834, door een bevooroordeeld historicus.
Veel liever zoek ik naar boeken over bonobo’s, over de zon, over de Grünfeld-Indische Verdediging. Over dingen die ik echt wil weten.

Genealogie

Ik heb me er nooit voor geïnteresseerd. Mijn moeders familie, de De Zeeuwen, kwamen uit Zaandam, meen ik. Mijn vaders familie weet ik eigenlijk niet. Gewoon uit Limmen? Ik heb ooit iets gehoord van Warmenhuizen. Er was ook een tante Anna, vermoedelijk een zuster van mijn oma van vaderskant, die uit Nibbixwoud kwam. Ik weet niet hoe ze van achter heette.
Maar het zijn niet de dingen die ik ga opzoeken. De mensen die wel aan genealogie doen, vind ik dull people. Waarom weet ik niet.
Het interesseert me wel wanneer bij beide families, bij de Hoogeboomen en de De Zeeuwen, het katholicisme insloeg. Wanneer, waar, waardoor? Het zal wel niet staan opgetekend. Pas in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw is daar, bij althans enkelen van de Hoogeboomen (van de De Zeeuwen weet ik het niet), een eind aan gekomen. Mijn zussen Marja, Wil, Rea en José, en ook ikzelf, zijn heiden geworden. Wij gaan niet meer ter kerke. Ikzelf vind het bijvoorbeeld interessanter om iets te weten te komen over onze zon en ons zonnestelsel (dat zal volgens de nieuwe spelling waarschijnlijk ‘zonnenstelsel’ moeten zijn, hoewel het om maar één van de miljarden zonnen gaat), dan om een verhaal uit de bijbel te lezen, of te horen over dat steuncomité van ex-moslims. Zo’n geloof, dat al met al toch, laat ons wel wezen, een wat domme en krankzinnige indruk geeft, daar stap je van af. En klaar.

Moeten we daar blijven?

Ja, zeggen de politici. Anders wint de Taliban het, en dan zijn we helemaal jarig. Dat zou slecht zijn voor onze veiligheid.
Maar ik kan me niet herinneren dat wij er in Nederland veel last van gehad hebben, toen de Taliban nog aan de macht was.
Toch wordt dit absurde argument steeds maar herhaald, door Kamp, Verhagen, Middelkoop en wacht u maar: straks ook door de PvdA. Geen reporter die even doorvraagt als een politicus iets vreemds zegt.

zondag 19 augustus 2007

Hans Teeuwen overleden

Ik heb zojuist het schokkende bericht gekregen dat mijn favoriete cabaretier Hans Teeuwen overleden is. Zelfmoord, zegt de politie. Het schijnt dat Hans, na zijn overstap van cabaretier naar zanger van Amerikaanse liederen, steeds ongelukkiger is geworden, en wij met hem. Wij betreuren zijn dood zeer, en wensen familie en vrienden alle sterkte toe. Hans was in zijn laatste jaren ook, wat zeer weinig mensen wisten, pastor. Hij ondersteunde zeer velen. Maar het meest zal mij bijblijven zijn hartgrondig uitgeroepen ‘Gggodverrrdomme!’, al kan dat ook van die andere Eindhovense cabaretier gekomen zijn.
Hij ruste in vrede.

Max Roach, Jos Brink

Ze gingen bijna tegelijk dood. Max kreeg daar bijna geen publiciteit door. Ja, op internet hoorde je wat. Ik zag het op ‘bieslog’ omdat ik daar geregeld op kijk, omdat Wim de Bie geregeld aardige dingen schrijft.
De dood van Jos Brink was bijna een nationale gebeurtenis. Elk journaal en elk actualiteitenprogramma had wel een blokje Brink. Terwijl het een zak tabak was! Een oelewapper, die als oelewapper bij de AVRO debuteerde en zijn gehele leven dezelfde oelewapper is gebleven!
‘Ja maar,’ kunt u nu tegen me zeggen, ‘het was toch een eerlijke man!’
Maar 99% van de gestorvenen is een eerlijk mens geweest, mevrouw.
‘Hij deed toch als pastor veel.’
Bent u katholiek, mevrouw?
‘Nou, nee.’
Als iemand gezalfde taal gebruikt, is die iemand dan meteen goed?
‘Nou, nee.’
Dat zou ik ook denken, mevrouw. Hoed u voor the Lord’s anointed.

Natuurmonumenten

‘Nederland moet weer open en groen worden. Dat is wat Natuurmonumenten gaat doen.’ Dat is mooi gezegd op de tv. Maar wat gaat Natuurmonumenten dan doen?
Je denkt bij open en groen aan de provincies Friesland en Groningen. Zo moet Nederland er dus uit gaan zien. Dat wordt slopen geblazen in Zuid-Holland, Utrecht, Noord-Brabant. Ik zie tenminste geen andere manier.
Ze bedoelen natuurlijk: Nederland moet hier en daar weer open en groen worden. Of, laat ons wel wezen, er moet hier en daar een boom en een heg en een grasveld komen. Gaat Natuurmonumenten dat dan doen?
Neen.
Dit soort dingen doet me denken aan de Hartstichting, die op een soortgelijke manier adverteert: geef ons geld, dan doen wij onderzoek naar hartziekten. Hartstikke nodig hoor, dus geef ons geld. Ik ben toevallig zelf een hartpatiënt en ik weet dat de Hartstichting nul komma nul procent bijdraagt aan n’importe welk hartonderzoek dan ook. Dat hartonderzoek, voor zover nog nodig, gebeurt door specialisten in Amerika, Australië, Duitsland. Die hebben een Hartstichting niet nodig. Laat u niet belazeren, is mijn boodschap.

zaterdag 18 augustus 2007

Teveel vreten neemt toe

Max Dohle heeft vandaag in zijn ‘blog 2.0’ (daar moet u eens op kijken) een halfgrappig stukje met de titel: ‘Obesitas neemt toe’. Hij komt namelijk geregeld dikke vrouwen en mannen tegen, en hij concludeert dan dat dat met obesitas te maken heeft. Daar heeft dikte bijna nooit mee van doen. De dikkerds vreten eenvoudig teveel. Teveel vet, teveel fastfood, teveel tussendoortjes, zoals dat in ons gezellige Nederlands heet.
Wat u moet doen, is drie keer per dag eten. Niks tussendoor nemen. Ja, maar dan heb ik om 10 uur, om 3 uur en om 9 uur ’s avonds alweer honger! Da’s dan jammer. Sta je ervoor, dan moet je erdoor, heeft eens een schrijver geschreven. Dus je neemt geen bakje chips, geen patatje, en je drinkt ’s avonds ook niets. Hoogstens een glaasje rode wijn of, nog beter, jonge genever, en dan naar bed.
U moet ook een beetje in beweging komen. Laat de auto dus maar staan, stap op uw fiets. Ga lopen. Niet meteen fanatiek worden met sportscholen enzovoorts. Nergens voor nodig. Als u per dag een half uurtje wandelt, heeft u al genoeg beweging.
Zo moet het, en niet anders. Maagbandoperaties en wat er verder nog mogelijk is: uit het ziekenfondspakket halen.

Als ik me verveel

Als ik me echt wezenloos zit te vervelen, als ik nergens zin in heb, ook niet in lezen of internetten of tv kijken, als ik zelfs geen zin heb in Bach (u kunt wel nagaan dat het dus weinig voorkomt), dan pak ik mijn schaakbord, ik pak een van mijn schaakboeken erbij en ik ga een paar partijen naspelen van Kasparov. Op de een of andere manier helpt dat.
Na vier of vijf Kasparovjes krijg ik weer zin om bijvoorbeeld brieven te schrijven of ik heb weer iets aardigs voor deze blog of ik krijg honger en ga iets koken of ik schrijf een stukje verder aan mijn (soort van) autobiografie. Meestal zet ik gelijk een cantate van Bach op.

Door oorlog verwoest

‘Ik liep door door oorlog verwoest gebied.’ Dat is een gewone Nederlandse zin. Niet in het Journaal, waar de reporter een ‘door’ vergeet.

Ned-Fr-Du-Eng

Nee, Matthijs, ik heb geen bezwaar tegen vertalingen uit het Engels van Nabokov of van welke andere schrijver ook. Hijzelf vertaalde zijn eerdere boeken vanuit het Russisch in het Engels. Ik heb een paar boeken van hem in het Engels, dat lees ik bijna even gemakkelijk als het Nederlands. De meeste Nabokovs heb ik in het Nederlands.
De talen die ik lees zijn Nederlands, Engels, Frans en Duits. De talen dus die ik op de middelbare school leerde. Ik ken het cyrillische schrift wel, maar Russisch lezen is me toch teveel moeite. Ik heb het altijd jammer gevonden dat ik geen Grieks heb gehad op school. (Net zo jammer als dat ik geen IJslands heb gehad. Er zat een tante van me in Hafnarfjördur, een plaatsje vlak boven Reykjavik. Ik zou het zo frölik gevonden hebben om haar in het IJslands brieven te schrijven.)
Dat ‘op school geleerd hebben’ trouwens, dat is in zekere zin wel waar, maar pas daarna ging je die boeken in het Duits of Frans ook echt lezen, met een woordenboek erbij, voor als je een woord tegenkwam dat je echt niet kon plaatsen. Het aardige is dat je na het opzoeken van dat woord dacht: o ja! Dat komt van het Latijn! Dat komt doordat ik in de brugklassen twee jaar Latijn heb gehad. Het goede oude Petrus Canisius Lyceum, wil ik maar zeggen.
Je bent trouwens de eerste die het met me eens is over de Uu. Ik verkondig dat evangelie al twintig of dertig jaar lang. Geen mens die inziet dat dat onzingbaar is. Ik hoorde van de week een zangeres, kom hoe heet ze, die enorm blonde obesitas-zangeres van de VARA, worstelen met uren, kuren en sturen enzovoorts. The proof is in the pudding, dacht ik.

Graancirkels

National Geographic geeft prachtige documentaires: ‘Death of the sun’ en ‘Birth of the earth’ bijvoorbeeld. Ik wacht nog steeds op een documentaire over de bonobo’s, die hun conflicten niet zoals de chimpanzee’s met geweld, maar met sex oplossen. Je zou een prachtig verhaal kunnen maken met de natuurvorsers Nakano en Tukuirchi (zo heten, ongeveer, de Japanners die ernaar gekeken hebben) en met Frans de Waal natuurlijk.
Je zou die documentaire kunnen laten zien aan, laat ons zeggen, Amerikanen van het Bush-type en aan moslims van het moordenaarstype. Eens kijken wat ze beiden zeggen over die heerlijke apen.
Maar naast die mooie documentaires geeft National Geographic ook documentaires over spookhuizen, graancirkels, UFO’s, telepathie en alle verdere onzin. Dat behoort tot de dingen die ik niet begrijp, dat je naast redelijke dingen ook onredelijke dingen laat zien.

vrijdag 17 augustus 2007

NOVA vanavond

NOVA had drie onderwerpen: Jan Pronk, Mies Bouwmans en Jos Brink. Jos Brink was namelijk gestorven en dat was reden om nog even heel snel door zijn carrière te flitsen. Ik vond hem overigens, net als alle mensen met een beetje goede smaak, een verschrikkelijke kwal. Even later zag ik hem, ik geloof op AT5 of hoe heet die zender ook, huilen bij de afbraak van het De La Mar-theatertje. Zoiets kun je bij mij één keer doen, maar dan kijk ik je ook nooit meer aan.
Mies Bouwmans kreeg een Mies Bouwmans Boulevard, ergens. Kregen we dus ook enkele ‘hoogtepunten’ uit mevrouws carrière te zien. Tenenkrommend.
Maar het leukste deel was Jan Pronk, die tot het voorzitterschap van de PvdA probeert te komen. Een goede zaak. Jan zei verschillende goede dingen: dat Irak-onderzoek moet er natuurlijk komen. Ze moeten met hun fikken van het ontslagrecht afblijven. Uruzgan, dat staat nog te bezien: je moet daar met de Taliban onderhandelen over de macht. Wouter Bos had nooit in het kabinet moeten gaan zitten, hij had in de kamer moeten blijven. En nog zo wat. Stuk voor stuk redelijke dingen. Er was ook teveel ongelijkheid in Nederland, en daar heeft hij natuurlijk gelijk in. Hij moet maar voorzitter (en ook graag: woordvoerder!) worden.
Hij zei allemaal dingen die Wouter Bos niet zegt en ook niet doet. Reuring in de tent, dus. Als Jan Pronk voorzitter wordt (en als Wouter Bos zijn politiek leiderschap opgeeft), krijgen mensen als ik weer een keuze: de SP, Groen Links of de PvdA.
Het is overigens wel een teken aan de wand dat uitgerekend NOVA zulke boulevardonderwerpen als Mies en Jos brengt. Denken ze daar echt dat dat de kijkcijfers doet stijgen? Ik hoop toch echt van niet.

Ik ben zo ouderwets...

Zo weet ik bijvoorbeeld niet wat ‘buiten je bundel bellen’ betekent. Ik heb geen idee. En ik heb ook geen zin om het op te zoeken en na te kijken. U moet weten dat ik met mijn Vodafoontje alleen maar kan bellen. Er zit geen mp3-speler op, geen zo-en-zoveel megapixel fotocamera (ik heb in mijn leven nog nooit een foto gemaakt. Dat probeer ik nu te vergoelijken door te zeggen dat ik een vrij goed geheugen heb, waardoor ik geen foto’s nodig heb. Dat is ook wel zo, natuurlijk. Ik heb in mijn kop mijn eigen beeldcanon). Ik verbel per maand voor ongeveer € 10,-.

Er is nog hoop


Amerikaanse literatuur

‘Jij zegt dus: Amerikaanse literatuur bestaat niet.’
‘Dat zeg ik, ja.’
‘Maar neem nou Moby Dick of neem bijvoorbeeld Hemingway.’
‘Jongensboeken, allemaal. Ik wil niet zeggen dat Amerikanen niet kunnen schrijven natuurlijk. Sommige Amerikanen schrijven geweldig goed. Annie Proulx, Gore Vidal, Raymond Chandler, noem nog maar wat namen. Geweldige schrijvers. Maar ik lees ze niet omdat het Amerikaanse schrijvers zouden zijn. Het zijn eenvoudig goede schrijvers.’
‘Zoals je ook W.F. Hermans of Multatuli leest, bedoel je. Of Tolstoj of Perec of Pirandelli.’
‘Ik heb nog nooit iets van Pirandelli gelezen. Maar inderdaad. Kunst is universeel. Daarom lees je ook Kawabata of, een ander uiterste, Borges.’
‘Maar de beeldende kunst dan. De pop art. Dat was toch typisch Amerikaans?’
‘Het zou wat. De rotzooi van Andy Warhol of Lichtenstein? Daar geldt mijn eenvoudige levenswijsheid voor: laat u vooral niets op de mouw spelden.’
‘Dat stelt dus weinig voor, zeg jij.’
‘Niets.’

Europees denken

‘Hoe zou jij dat nou doen, Ben?’
‘Ik zou denken: je kijkt bijvoorbeeld welk land het kleinste zelfmoordpercentage heeft. Welke maatregelen heeft men daar genomen? Voer die maatregelen in de rest van de landen in.’
‘Hetzelfde zou je doen met het aantal verkeersdoden, om maar iets te noemen.’
‘Precies hetzelfde. Je kijkt ook naar de rechtspraak. Dan zou je tot de conclusie kunnen komen dat een mix van het Engelse en het Nederlandse systeem het beste is. Van het Engelse systeem neem je over dat de gehele bewijslast ter zitting tevoorschijn moet komen. Van het Nederlandse systeem neem je de onafhankelijke rechter over. Misschien moet je de rechten van de advocaat nog wat beter regelen. Als je eenmaal tot die conclusie bent gekomen, voer dat dan in heel Europa in. Ook in Polen, Roemenië, Joegoslavië.’
‘Joegoslavië bestaat niet meer.’
‘Nou ja, vooruit.’
‘Moet er ook een Europees leger komen?’
‘Liever niet, zou je geneigd zijn te denken. Maar het moet wel. Je moet Estland, Letland, noem maar wat landen op, toch kunnen verdedigen. Daar moet je de Amerikanen niet voor vragen.’
‘Alsjeblieft niet, nee. Voertaal?’
‘Engels natuurlijk. Sarkozy van Frankrijk doet dus een cursusje Engels, net als de mensen van Griekenland, Estland, Hongarije en Duitsland. Engels is een simpele taal. Op alle Europese lagere scholen: Engels leren.’
‘Vind ik ook. Verder nog iets?’
‘Ja, op het gebied van de democratie. We hebben gemeentelijke verkiezingen. We hebben ook de provincies. Die kunnen wel afgeschaft worden, zo langzamerhand. Dacht je ook niet? De Eerste Kamer kan ook wel afgeschaft worden. Weg met die belegen hap. De Tweede Kamerverkiezingen houden we natuurlijk, en daar doen we een premierverkiezing bij. Verder kiezen we de mensen in het Europese parlement, en we kiezen de Europese premier. Dat zijn vijf verkiezingen, die je allemaal op één dag organiseert. Doe er eventueel nog een burgemeesterverkiezing bij. Zes verkiezingen dus, op één dag. Stemrecht vervalt, stemplicht wordt weer ingevoerd. Daar staat tegenover dat de gekozen burgemeester, premier en Europese premier binnen één maand na de verkiezing tot resultaat moeten komen, een regering moeten hebben gevormd. Lukt dat ze niet, dan is de beurt aan de nummer twee.’
‘Voor hoeveel tijd moeten ze gekozen worden?’
‘Dat maakt niet zoveel uit. Vier jaar, zes jaar, vijf jaar. Ze hebben maar één termijn. Dus niet zoals nu in Amerika twee termijnen Bush of Clinton, of de belachelijke situatie van Balkenende IV.’

donderdag 16 augustus 2007

Amerika

Boris Dittrich wil graag in New York wonen, maar daar heeft ie wel talloze papieren voor nodig. Boris zou wel eens een terrorist kunnen zijn, nietwaar. Hij heeft al zo’n rare naam, Boris, hij is ook nog eens homo. Uitkijken dus, zeggen de Amerikanen.
Ik zou in zo’n geval nooit in Amerika willen wonen. Nooit. Boris ziet daar een ‘uitdaging’. Dat kun je je ook wel voorstellen, maar om nou te gaan wonen in een land dat eerder al zo graag oorlog maakte in, noem maar op, Vietnam, Chili, Irak, Afghanistan, en dat ook oorlog wil voeren in Iran...
Wat heeft Amerika ons geschonken? Ze hebben indertijd niet Hitler verslagen, want dat hebben de Russen gedaan. Ze hebben ons hoogstens behoed voor een communistische overheersing, die waarschijnlijk nog heel wat erger zou zijn geweest dan de nazistische.
Verder is de jazz Amerikaans van oorsprong.
En ze hebben de filmkunst vermoord met hun christenrijmelarij en hun Clint Eastwoods of hoe heten al die heldhaftige dirty Harry’s ook.
Verder: nou, niets, als je het mij vraagt. Er bestaat bijvoorbeeld niet zoiets als Amerikaanse humor. Amerikaanse literatuur? Die bestaat eigenlijk ook niet. Amerikaanse beeldende kunst? Die bestaat ook nauwelijks.
Als ik dit land zou moeten verlaten, zou ik naar Engeland gaan, of naar Duitsland of Frankrijk of naar de Fiji Eilanden misschien. Naar Amerika zou ik nooit gaan. Niks te beleven daar.

Omhels me!

‘Ik heb vanmiddag ‘claudatio intermittens’ eens opgezocht, Ben. Eng om zoiets te hebben.’
‘Etalagebenen, ja ja. Wat er eng aan is, ontgaat mij.’
‘Wat je dan te lezen krijgt! Aderen die niet meer bloed kunnen toevoeren enzovoorts.’
‘Adertjes.’
‘Ja goed. Maar toch.’
‘We worden allemaal ouder, is wat ik zeg, Sarah.’
‘Je wilt zeggen: het is niet zo serieus?’
‘Het is natuurlijk wel serieus, om het zo maar te zeggen. Als wij gaan wandelen, moet ik om de 250 meter tegen je zeggen: even stoppen.’
‘En dan stop je. Je staat stil.’
‘En dan neem ik de wereld even in me op. Een volle minuut lang, en dan kan ik weer verder lopen.’
‘Je zegt dan vaak: kijk, daar loopt een kwartel. Of een parkietje! Dus ik kijken, maar ik zie niks.’
‘Dat zijn ook verrotte excuses. Eigenlijk wil ik steeds zeggen: omhels me, Sarah.’
‘Dus steeds als je pijn hebt aan je kuiten...’
‘Ja.’
‘O schabberdebabbel. Dat doen we dan toch voortaan?’

Match of the day

‘Jij kijkt niet naar het Duitse, het Belgische of het Nederlandse voetbal. Jij kijkt alleen naar het Engelse voetbal.’
‘Dat komt omdat de BBC het doet.’
‘Leg uit, Ben.’
‘Ten eerste hebben ze daar uitsluitend goede commentatoren en goede analysten en goede presentatoren. Je hebt de indruk dat je daar niet als commentator komt te zitten als je alleen maar uitroept: wat een mooie goal!, zoals hier te lande gebruikelijk is. Zo’n Engelse commentator moet duidelijk verstand hebben van voetbal.’
‘Je zegt, met andere woorden: de Nederlandse commentatoren hebben er geen verstand van.’
‘Krek. Daar komt de beeldregie nog eens bij. Als een speler een overtreding maakt, of niet maakt, komt die situatie uitgebreid vanuit verschillende hoeken in beeld. En het maakt de BBC niet uit of het een speler is van Man United, van Chelsea of van Reading of Derby. Ze tonen de situatie. Die eerlijkheid vind ik heel verfrissend. Ik herinner me dat John de Mol bij het begin van Talpa zei: wij gaan dat voetbal op een meer Engelse manier laten zien. Dat benieuwde me, ik heb de eerste keer ook gekeken naar zijn manier van vertonen van het Nederlandse voetbal. Er klopte niets van, natuurlijk. Het was nog erger dan Studio Sport. Close-ups van spelers als je juist behoefte had aan algemene overzichten, stuitend gelul van commentatoren. Noem het maar op.’
‘Maar goed dat Talpa over is.’
‘Talpa is nog helemaal niet over, lief. Talpa wordt sterker en sterker. Die John de Mol-achtige manier van tv maken wint grond en is daarmee een bedreiging...’
‘Zeg het maar gewoon zoals je het op de lippen hebt liggen, Ben.’
‘Voor de volksgezondheid, Sarah.’

woensdag 15 augustus 2007

Händel

De Engelsen, of laat ik zeggen: de betere Engelse kringen, zijn geneigd om Händel hoger in te schatten dan Bach. Dat is eigenlijk merkwaardig. Natuurlijk was Händel een goede componist, maar... er ontbreekt iets aan. Er ontbreekt hetzelfde aan als bij de Italiaanse barokcomponisten, uitgezonderd misschien Corelli en soms Vivaldi.
Bach is ‘moeilijker’ dan al die anderen. Als u piano speelt, zult u het begrijpen. Neem nu cantate BWV 140. In het derde of vierde deel van die cantate zingt de bariton. Hij heeft een achtergrond van strijkers die een zo verschillende melodie voeren, dat je regelrecht verbaasd staat als je het voor de eerste keer hoort. Het is alsof een zanger van de Beatles ‘Yesterday’ zingt, met begeleiding van Black Sabbath. Bach doet dat soort dingen vaak. De anderen maken een ‘mooie’ begeleiding die keurig past bij de melodie.
Toch vinden de Engelsen Händel een groter componist dan Bach. Misschien omdat Händel in Engeland heeft gewerkt, wie zal het zeggen.
Hier verschillen onze smaken dus. Ik zet ’s ochtends na het opstaan een rij partita’s en cantates op, genoeg voor de hele dag. Ik weet dan: deze dag wordt weer een goede dag. Dat zou ik nooit met Händels concerti grossi doen.

Uu

Het moet de Nederlandse liedjesschrijvers wel bekend zijn, maar ik zeg het nog maar eens: maak geen rijm op uren, sturen, schuren enzovoorts. Desastreus. Alles kan, een refrein op eu, op desnoods au, maar uu. Dat kan niet.

Bom in Rusland (2)

Dus jij denkt dat Georgië...?’
‘Nee, Sarah. Dat denk ik niet, en iedereen weet ook dat Georgië niet achter zo’n bommenzaak zit.’
‘Maar tóch zei je net dat Georgië erachter zit.’
‘Ja. Kijk. Daar heeft Rusland al een paar eeuwen traditie mee. Met vechten bedoel ik, in die regio. Ze zijn Georgië nu kwijt. Ze willen dat land weer terug hebben. Dus ze laten een sul van de FSB een bom plaatsen. Die ontploft. Dan pakken ze een stelletje Georgiërs op, die Georgiërs bekennen natuurlijk, en ze worden ter dood veroordeeld. Wacht maar even hoe dat gaat. Want daar heeft Rusland ook een rijke traditie in. Het resultaat: Rusland heeft een mooie reden om Georgië weer in te nemen.’
‘Jij denkt dat dat zomaar gaat!’
‘Dat gaat zomaar, ja. Of nou ja, er moet eerst oorlog gevoerd worden, met een hoop doden en zo en een hoop bommen. Maar dit is mijn voorspelling.’

dinsdag 14 augustus 2007

Nabokov

Ik herlees elke vijf of zeven jaar het gehele werk van Nabokov. Het allerallerallermooiste dus wat er ooit is geschreven. Daar ga ik morgen weer mee beginnen, dus u kunt wel nagaan dat ik ‘opgewonden’ ben.
Ik ga beginnen met ‘Pnin’, dan neem ik ‘Invitation to a beheading’, dan ‘The eye’ en dan ‘Ada’. Als ik dat uit heb, herlees ik het heerlijke ‘Lolita’. Dan zijn korte verhalen. En dan de rest.
Nabokov is de schrijver die mij het meeste plezier bezorgt.

Bom in Rusland

Als er een bom ontploft in Rusland, moet je je natuurlijk altijd afvragen of het een terreurdaad van buiten de Sovjet, pardon. Van buiten Rusland is. Bijvoorbeeld van een stel Tsjetsjenen. Of een stel Georgiërs. Nietwaar, dat zou ook best kunnen.
Maar je moet op de eerste plaats even onderzoeken of de FSB, de vroegere KGB, de bom niet heeft geplaatst. Zoals ze al gebouwen hebben opgeblazen, waarna de oorlog in Tsjetsjenië kon doorgaan. Zoals ze Politkovskaja hebben vermoord. Enzovoorts.
Dat ze die bommenzaak niet overlaten aan de politie, maar direct de FSB het onderzoek laten doen, is een aanwijzing.

‘Nothing.’

De Belgische tv heeft soms geweldige documentaires. Vanavond hadden ze er een over primordiale dwergen. Dat zijn mensen van zeg 1 meter lang. Ze worden doorgaans niet ouder dan 30. Het zijn de kleinste mensen op deze wereld.
Een van die dwergen, een meisje van 12 jaar, werd gevraagd: ‘How tall are you?’
Ze zegt: ‘Nothing.’
Ze gooit een pop van zich af, en krult zich op. Haar gezicht heeft de meest treurige uitdrukking.
‘Is that how you see yourself?’
‘Yes. A nothing.’
Ik kon het er niet droog bij houden: het is altijd verschrikkelijk als je ziet dat iemand uiteindelijk zelfmoord zal plegen. Wat ze wel of niet gedaan heeft, dat weet ik niet.

maandag 13 augustus 2007

Late berichten

Ik ben er meestal laat bij, midden in de nacht. Nu is het ook alweer 1 uur. Dat komt, overdag lees ik, doe ik mijn huishouden, wandel ik een half uurtje, praat ik met de buren (ik ga morgen eens naar mijn nieuwe buurvrouw toe), doe mijn boodschappen, neem mijn medicijnen enzovoorts.
’s Avonds kijk ik meestal wat tv. Vanavond heb ik naar Zomergasten gekeken. Daar hadden ze vanavond Christine van Broeckhoven, een Belgische wetenschapster. Een interessante vrouw die Alzheimer onderzoekt. Ze kent, denk ik, onze minister van onderwijs.
Dus daarom. Ik ga het internet pas daarna op.

zondag 12 augustus 2007

Polderliteratuur

‘Daar zou volgens NOVA sprake van zijn, Ben.’
‘En daar komen ze zomaar op, midden in de zomer. Het zou een nieuwe richting zijn in onze letteren. Ze noemen twee beginnende schrijvers, de een met een boek dat speelt in wat vroeger de Bollenstreek heette, de ander met een boek dat in Jisp of Zijpe of Purmerland speelt. En dat zijn echt geen streekromans, werd ons verzekerd. En dat geheel werd opgezomerd door, god hoe heet die schrijver ook, van ik meen Knielen in een bed van violen. Dat boek won twee of drie jaar geleden een prijs. Een grove blunder van de jury, omdat de man eenvoudig niet schrijven kan. Hij kán het gewoon niet.’
‘Dat lijkt mij ook, ja. Hij zat nu in NOVA te zaniken over de ‘omgeving’ waar wij Nederlanders langzamerhand weer meer ‘aandacht’ voor kregen.’
‘Alsof wij die aandacht nooit gehad hadden. Hij zat ook te praten over de ‘natuur’, wat ook heel belangrijk is, dat spreekt. Een van die beginnende schrijvers zei nog iets over gras. Gras was ook natuur, zei hij. Alsof ooit iemand dat had ontkend.’
‘Ik heb ooit gelezen dat een gemiddeld stukje grasland 28 soorten gras heeft.’
‘Ja, dat klopt. Geen schrijver die zich daaraan waagt. Gras is groen, en dat is perfect voldoende voor zulk soort schrijvers.’
‘Maar neem nou dat boek over de Bollenstreek.’
‘Tja. Zo’n boek moet even goed zijn als een boek dat speelt in het Ruhrgebied of de Rijnmond of in New York. Ik ken dat boek niet, hoor. Ik lees de moderne literatuur niet zo. Ik lees boeken pas als ze een jaar of vijftien twintig geleden zijn uitgekomen. Ik heb bijvoorbeeld net De walgvogel van Wolkers gelezen.’
‘En?’
‘Ik had beter een ander boek kunnen lezen. Een slecht boek vond ik het. Dat zal ook wel polderliteratuur zijn, denk je ook niet, Sarah?’

zaterdag 11 augustus 2007

Who’s afraid of ...?

‘In de 19e eeuw hadden de Russen stukken van Ostrovski. Uitermate simpele stukken die een enorm succes hadden in alle theaters. Dat soort toneelstukken wordt niet meer geschreven, denk ik.’
‘Ze worden vast nog wel geschreven, maar ze worden niet meer opgevoerd door het Nationele Toneel. Alleen nog door plaatselijke amateurverenigingen. De onbetrouwbare accountant, dat soort titels, door J.W.F. Keukenmeester of K. de Grouw.’
‘Dat soort dingen kom je niet meer tegen op de buhne, nee, maar je komt het nog wel tegen in de Amerikaanse film.’
‘Daar had ik nog niet bij stilgestaan. Maar dat bedoel ik niet helemaal. Ik hoef geen happy endings. Je kunt je zo’n accountant voorstellen die eenvoudig zegt: ik ben een onbetrouwbare accountant, maar ik ben toch ook een mens!’
‘Heerlijke zin.’
‘Ja, en die accountant werkt voor een even onbetrouwbare zakenman. Enzovoorts, zijn vrouw heeft een hartje van goud. Aan het eind van het stuk moet de accountant de gevangenis in, maar de vrouw wacht, geheel monogaam, totdat hij weer vrij komt. Mijn vraag is: waarom wordt dat soort stukken niet meer geschreven?’
‘Omdat Reinhard van Leeuwen, of hoe heet die regisseur, zegt: dat soort toneel doen wij niet meer. Dat soort toneel is prut. Wij hebben volgende maand een stuk van een onbekende Oostenrijker en dat gaat over heipalen. De invloed van heipalen op onze multiculturele samenleving. Of iets dergelijks.’
‘Het is jammer. Want hoe meer simpele stukken er geschreven worden, hoe meer rotzooi - er komt een dag waarop een jongeman uit Velp of Nieuwegein aankomt met een schitterend simpel stuk.’

vrijdag 10 augustus 2007

Afkortingen

DDR: Democratische Duitse Republiek.
DRC: Democratische Republiek Congo.
PVV: Partij voor de Vrijheid.

Schaamte

Ik heb de koran niet gelezen, en daar schaam ik me niet voor. Ik heb geen enkel godsdienstig boek gelezen. Van mijn lijstje is Corelli, net als Bach, een componist. Magritte is een schilder. Ik heb al wel gezien dat er op internet zo’n 50 of 60 werken van hem te zien zijn. De rest van mijn lijstje is schrijver. Je hoeft je helemaal niet te schamen omdat je nooit iets van ze gelezen hebt.
Daar zou ik vijftien twintig jaar geleden anders over gedacht hebben. In die tijd zou ik alle contact met ‘andersdenkenden’ direct hebben verbroken. Ik vond het uiterst belangrijk dat de mensen met wie ik omging, net als ik, ook Nabokov of Perec lazen. Wat een arrogantie, vind je ook niet?
Tegenwoordig zeg ik alleen maar: ik vind dit of dat mooi. Vindt u dat niet zo mooi? Dat is mij ook goed. Het leven wordt er wat simpeler door, geloof ik, en ook wat eenzamer.
Ik heb een nieuwe buurvrouw, kan ik je melden! Het is een ongeveer 65 jaar oude vrouw, een beetje verlopen type zigeunerin. Ze zei dat ze eerst in Alkmaar woonde, maar daar ongelukkig was, en nu (ze is een geboren Egmondse) in vrede wil leven. ‘Dat wil ik ook, en dat kun je hier goed,’ zei ik. Toen ik haar een hand wilde geven, gaf ze me haar linkerhand omdat ze in haar rechterhand een sjekkie had.
‘Hoe heet die jongen van nummer 6?’ vroeg ze.
‘Umm, ik kan niet op zijn naam komen,’ zei ik.
‘Is hij wel in orde?’
‘Oja hoor. Hij zet elke donderdag de vuilnis klaar voor de ophalers, en dan zet hij de volgende vrijdag de bakken weer terug.’
‘In zijn eentje?’
‘Ja.’
‘Dan moet hij wel deugen.’
Ik weet haar naam nog niet, maar ik zal wel meer vertellen over haar.
Tot mijn schaamte moet ik bekennen dat ik nog nooit gebarbecued heb. Dat is eten in gezelschap, buiten, heb ik eens begrepen. Mijn depressieve natuur zegt me dat je binnen moet eten, bij voorkeur op een keukentafel waarop ook een boek ligt dat je tijdens het eten kunt lezen. Zo eet ik elke dag, al jaren. Gerard Reve zei eens dat eten in een restaurant hem pornografisch toescheen, en dat ben ik wel een beetje met hem eens. Hetzelfde met barbecueën.
Maar ook dit verandert. Ik zal vast nog eens gevraagd worden voor een buurtbarbecue, en dan ga ik natuurlijk niet zeggen: o nee, dat nooit!, zoals ik vroeger gewoon was te doen, in the times of my bloody arrogance.

donderdag 9 augustus 2007

Nooit meer

‘En nu wil ik niet meer horen over die gruwelijke Geert W., Sarah.’
‘Maar hij had toch een beetje gelijk met die koran, toch?’
‘Tuurlijk. Weg met de koran. Weg met de thora. Weg met de bijbel. Weg met Céline. Weg met Kuifje. Weg met Shakespeare. Weg met Kabasa.’
‘Wie is Kabasa in godsnaam?’
‘Kabasa is een onbekende Japanse schrijver. Schreef een boekje over de kamikazi’s enzovoorts.’
‘En dat heb jij gelezen?’
‘Ja. Net zoals ik ‘Mein Kampf’ gelezen heb. Met moeite overigens. Niet omdat het zo moeilijk Duits was, maar omdat het zo langdradig geschreven was. Zo langdradig dat ik me niets meer herinner van wat erin staat. Ik herinner me nog wel dat het in dat Duitse priegelschrift gedrukt was, maar wat Hitler nu precies wilde beweren...’
‘Ander onderwerp. De PvdA.’
‘Da’s een partij die nu wel over the hill is, neem ik aan. Geen bescherming bieden voor je eigen mensen, die jongen van die ex-moslim beweging. Dan ben je heel fout bezig. Ik denk dat de SP de nieuwe PvdA wordt.’
‘En je hebt toch jarenlang zelf PvdA gestemd.’
‘Ja. Maar ik stem nu Groen Links. Dat zouden meer mensen moeten doen.’

Over Geert W., de koran en zo verder

‘Heb jij de koran gelezen, Ben?’
‘Nee. Net zo min als Geert W. hem gelezen heeft. Ik ken de bijbel ook niet.’
‘Daar ken je toch wel bepaalde verhalen uit?’
‘Natuurlijk. Het brandende braambos. De kruisiging. Sodom en Gomorra. Adam en Eva. Maar die verhalen hebben nooit enige invloed op me gehad. Ik had al vroeg door dat het zeer onwaarschijnlijke gebeurtenissen waren. Dingen die niet konden. Dat zal met de koran of de thora precies hetzelfde zijn, neem ik aan.’
‘Toch zeggen mensen als Bos en Balkenende dat wij leven in een joods-christelijke maatschappij.’
‘Zeggen Bos en Balkenende dat?’
‘Ja, of nou ja. Dat soort mensen zegt het.’
‘Dat komt dan omdat ze in een andere wereld leven dan ik. Of laat ik het preciezer formuleren: ze pretenderen dat wij in zo een wereld leven. Bush zegt het ook, Blair zegt het ook. En, zeggen ze er meteen achteraan, we moeten die wereld verdedigen.’
‘Tegen de Russen bijvoorbeeld?’
‘Dat was nog een redelijke dreiging. Rusland had bommen en zo. Nee, tegen de terreur. Dus dan komt er een nationale terreurcoördinator aan te pas, een man die natuurlijk niets doet. En er komen absurde paspoortcontrôles op Schiphol, noem maar op. Uiteraard moeten politici enorm beveiligd worden, wat ook onzin is natuurlijk.’
‘En die jongen dan van die vereniging voor ex-moslims?’
‘Dat was een inschattingsfoutje van onze nationale terreurcoördinator. Die had natuurlijk een paar maanden zitten slapen, zoals de politie ook had zitten slapen. Natuurlijk had die jongen meteen beveiliging moeten krijgen toen ie een paar maanden geleden bekend maakte dat hij met zo’n vereniging begon. Die jongen heeft meer recht op beveiliging dan Geert W.’
‘En hoeveel zou dat ons, belastingbetalers, nou kosten, die Geert W.?’
‘Dat zou ik wel eens willen weten, ja. Hoeveel miljoenen we wegsmijten aan dat stuk ongeluk. Ongetwijfeld wordt hij bedreigd, maar als je ziet waar hij rechtzaken tegen aanspant...’
‘Je bedoelt, die kunstenaar die memorials maakte?’
‘Ja. Belachelijk om dat als bedreiging te zien. Hij kan dan evengoed mijn wens dat hij de kanker mag krijgen als een bedreiging zien. Plus dit. Hij gebruikt beledigende taal omdat hij beveiligd wordt, veilig is.’
‘Laf dus.’
‘Ja. Ik vind dat gruwelijk laf. Sta op als een man en zeg dan iets, is mijn mening. Sta niet voortdurend gebukt in je schuilkelder.’
‘Wat is jouw advies dus aan Geert W.?’
‘Schaf die beveiliging af, Geert. Praat dan verder.’

woensdag 8 augustus 2007

Geert W.

‘Hij gaat wel heel ver, vind je ook niet?’
‘Ja. Hij zegt, met andere woorden: weg met de islam. Dat is ook de enige bestaansgrond van zijn partij. Hij gaat steeds een stapje verder. Nu heeft hij nog maar één mogelijkheid: eisen dat alle islamieten Nederland verlaten. Ze uitzetten dus. Nederland voor de Nederlanders.’
‘Weet je wat ik niet begrijp?’
‘Nee.’
‘Waarom hij nog niet vermoord is.’
‘Dat begrijp ik ook niet, nee. Je gaat met een vriendenclubje na op welke adressen hij verblijft. Op een goede dag leid je de bewaking af, en je schiet hem neer.’
‘Dat zal wel niet zo simpel gaan.’
‘Welja jôh. Maar kennelijk is er geen islamiet te vinden voor zo’n klusje.’
‘Maar jij zou het niet erg vinden als hij vermoord zou worden.’
‘Nee hoor, ik zou er geen moment om rouwen. Eigen schuld, dikke bult. Het zou eigenlijk wel goed zijn voor ons land als zo iemand eens vermoord werd. Of nou ja, vermoord. Als hij bijvoorbeeld kanker kreeg, een paar maanden voor de volgende verkiezingen. Dat zou wel het beste zijn. Die ziekte wens ik trouwens aan meer politici toe.’

Cowsbrook

‘Waarom zet je Kousbroek nou op nummer 10, Ben? Daar had je toch evengoed W.F. Hermans of T.C. Boyle of, weet ik veel, Tsjechov kunnen zetten. Of Karel van het Reve?’
‘Dat had ook gekund, ja. Maar Kousbroek heeft me bijgebracht dat je op de eerste plaats plezier moet beleven aan een boek. En hij noemde Perec en Queneau. Die ging ik lezen, en zo ging het verder. Maar dat je lol kunt hebben met een boek, dat heeft Kousbroek me bijgebracht.’
‘Lol. Dan denk ik aan de Verzamelde Werken van Joop Braakhekke.’
‘Bah nee. Sarah toch.’
‘Gordon en Jolink.’
‘Afgrijselijk. Nee, de lol die Kousbroek bedoelde is bijvoorbeeld het plezier dat je ziet als de schrijver iets heeft geschreven, dat precies aan de verwachtingen voldoet. Dus je hebt het boek uit, en dan zeg je: dit boek voldoet precies aan mijn verwachtingen. Perec voldoet daar precies aan. Hoewel je, toen je aan dat boek begon, die verwachtingen natuurlijk helemaal niet had. Waarom kan ik het nu niet uitleggen?’
‘Probeer het toch maar.’
‘Het is moeilijk. Je begint een boek te lezen en na één alinea al weet je: dit kan niets meer worden. Dostojevski is een goed voorbeeld. Maar je leest een verhaal van Tsjechov en dat verhaal neemt je mee. Of je leest een verhandeling van Karel van het Reve, of een verhaal van Boyle, of een column van Piet Grijs. Ze nemen je mee. Je leest het nog eens een keer, om te controleren of het meegenomen worden wel klopte. En het klopt. Waardoor dat komt? Door de manier van schrijven, dat moet wel. Zo heeft Jan Wolkers mij nooit kunnen bekoren, en dat zit hem in zijn ‘mannelijke’ manier van schrijven.’
‘Daarom hou je ook van Bach of Vivaldi of Corelli.’
‘Ja, ik denk het wel. Barokmuziek is hoogst vrouwelijke muziek.’

Notenlezen

Toen ik twaalf of dertien jaar was, ging ik samen met mijn zus op guitaarles. Want dat wilde ik wel leren: ik zag mezelf al staan als een soort Jimi Hendrix. Zo wilde ik ook leren spelen. Mijn zus en ik dus naar de muziekschool in Alkmaar, waar een heer ons, in klasseverband, bijbracht hoe we een c- of f-akkoord dienden aan te slaan. Op zondagmiddag speelde onze pa (een eenvoudig loodgieter, maar hij kon ook behoorlijk piano spelen) op de piano, en daar zaten mijn zus en ik dan naast. Pa zei: ‘C!’ of ‘F klein!’ en wij sloegen die akkoorden dan aan. Je kunt wel nagaan dat die guitaarlessen niet lang geduurd hebben.
Wat later nam ik pianolessen van Peter Rijs. Eén ding weet ik nog precies: hoe het notenschrift in elkaar zit. Het is net als fietsen: dat verleer je niet meer.

dinsdag 7 augustus 2007

Ik heb ’n beetje gelogen gisteren

In Fotoloos (2), bedoel ik. Bedankt overigens dat je ons meningsverschil zo sportief opvat, Matthijs. Ik zei in dat stukje dat een lijst van de tien beste kunstenaars tien schrijversnamen zou bevatten. Zoiets schrijf je omdat het zo leuk past in zo’n stukje. Maar het is natuurlijk niet helemaal waar. Tot de tien beste kunstenaars (i.e. de kunstenaars die mij het meeste plezier hebben gegeven) behoort bijvoorbeeld ook zeker J.S. Bach. Die staat zelfs op plaats één. En iemand als Arcangelo Corelli (wie noemt zijn kind nou ‘aartsengel’...?) komt op bijvoorbeeld plaats acht of tien.
Ik heb Bach ‘ontdekt’ op mijn 26ste jaar, in 1979. Dat kwam doordat een zus van mij, die pianolerares is, me meenam naar een klant van haar. Die klant had een video van Glenn Gould die Bach speelde. Ik was onmiddellijk betoverd en verslaafd aan Bach en aan Glenn Gould. Daarvoor had ik geen speciale muziekbelangstelling. Ik had wel 6 jaar pianoles gehad in mijn puberjaren, maar mijn pianoleraar vond toen nog dat zulke lessen het best gegeven konden worden door de leerling stukjes van Clementi te laten spelen. Ik probeerde in die jaren wel jazzakkoordjes aan te slaan, maar gaf geen blijk van enig talent. Verder hield ik wel van wat je nu ‘hard rock’ noemt: Cream, Jimi Hendrix, Deep Purple, noem maar op.
Toen ik Bach eenmaal had ontdekt, ging ik alles verzamelen op tape. Daar luister ik nog steeds naar: BWV 1053 en BWV 140 heb ik bijvoorbeeld vanmiddag nog gedraaid. Want je had natuurlijk niet gedacht dat ik al een iPod zou hebben.
Hier is mijn lijst:
1. J.S. Bach
2. Vladimir Nabokov
3. Georges Perec
4. James Joyce
5. René Magritte
6. Ivan Toergenjev
7. Raymond Queneau
8. Arcangelo Corelli
9. Multatuli
10. Wat moet je nu op 10 zetten? Nog een schrijver? Vooruit. Rudy Kousbroek.

Strand

‘Jij gaat nooit naar het strand, Ben.’
‘Nee. Wel naar de duinen. Als het niet te warm is. Als het een beetje regent. Maar naar het strand ben ik het laatst in 1970 geweest. Eindexamenfeestje, strand van Bergen aan Zee.’
‘Toch woon je al je hele leven in de buurt van het strand.’
‘Daar komt het misschien door. We wonen nu ook 300 of 400 meter van het strand af. Ik kan er niet toe komen om erheen te gaan.’
‘Terwijl het zo romantisch is, een strandwandeling.’
‘Een strandwandeling met de benen die ik heb, is niet zo romantisch.’
‘Maar een wandeling door de duinen, dat gaat dan weer wel?’
‘Een korte wandeling door de duinen, ja. Dat doe ik ook graag, Sarah. Dan begin ik met mezelf moed in te spreken (‘het duurt maar een half uurtje, luljongen, je hoeft maar vijf zes keer te stoppen onderweg’) en daar gaat hij zijn voordeur uit: de stapper.’
‘En dan heb je ook altijd een boek bij je.’
‘Niet altijd, maar soms wel, ja. Je kunt een bankje tegenkomen onderweg, en nou ja. Wie wat leest, die weet wat. Ik had laatst ‘Oom Jegor’ van Dostojevski mee, om te controleren of dat inderdaad weer zo’n waardeloos boek zou zijn. Een kennis had me gemaild dat dat juist een mooie uitzondering was. Dat was het niet.’
‘Waarom niet?’
‘Teveel woorden bij Dostojevski. Dat verhaal had hij in novellevorm kunnen vertellen. Hoogstens 40 pagina’s. Dan was het misschien iets geweest. De gebroeders Karamazov had hij ook in 100 pagina’s kunnen doen. De idioot had hij, wat mij betreft, in 30 paginaatjes kunnen doen. Slechte schrijver dus. Wat hij ook minstens eenmaal per pagina doet, is een man of een vrouw iets laten zeggen (vaak een zin met een uitroepteken) en daar dan aan toevoegen: liet zij zich laatdunkend uit. Of een dergelijke qualificatie. De betere schrijvers zouden eenvoudig schrijven: zei zij.’
‘Een nuttige wandeling dus.’

maandag 6 augustus 2007

Fotoloos (2)

De uithaal naar de fotografen en videografen onder ons moet vooral gelezen worden als de mening van iemand die nooit een fototoestel heeft bezeten (zoals ik ook nooit, om maar iets te noemen, een bromfiets of een auto of een bandrecorder of een vaatwastoestel of een, hoe heet zo’n ding ook, een microwave heb gehad). Dingen dus die je moet hebben, tegenwoordig, om mee te kunnen tellen. Ik ging pas in 2002 een beetje meedoen met de moderne maatschappij, toen ik een Vodafoontje kocht. Ik had ook nooit een telefoon in huis gehad.
Het is niet uit zuinigheid dat ik al die dingen nooit gekocht heb. Ook niet uit een hekel aan de moderniteit, of het beroemde meeleven met de Derde Wereld, of zoiets. Ik besteedde mijn geld simpelweg anders: aan drank, eerst, en later aan boeken.
Het is dus de mening van een gehandicapte, zou je kunnen zeggen: iemand die geen oog heeft voor het visuele. Maar ik heb bijvoorbeeld wel oog voor een bepaald soort schilderijen (Max Ernst, Paul Klee, Magritte, noem maar op) en ik waardeer ook bepaalde foto’s van de Fransman Dupierris.
Maar het haalt het niet, vergeleken met een willekeurige alinea van Nabokov, Tsjechov of zelfs John le Carré. Als je dit leesdier vraagt om een lijst van tien van de beste kunstenaars, krijg je een lijst van tien schrijvers.
Het is wellicht een afwijking van het normale: kijken door te lezen. Maar het is niet anders, en ik hoop dat ik je niet teveel heb beledigd, Matthijs.
(Ik zal nog wel even kijken op http://www.roodpetje.nl/.)
(Daar heb ik net op gekeken. Het is niets voor mij.)

Fotoloos

‘Uiteindelijk ben ik het wel met je eens, Ben. Foto’s erbij, dat is zonde. Neemt alleen maar plaats in.’
‘Vind ik ook, Sarah. Foto’s, of die YouTube-flauwekul, dat is onzin. Als je wat te zeggen hebt, zeg het dan, en draai er niet omheen. Die YouTube’s enzovoorts, dat is voor mensen die eigenlijk niets te zeggen hebben.’
‘Die ook eigenlijk niets hebben om over na te denken.’
‘Ja. Als de mensen eens doorkregen dat ze de geschiedenis van de Russische literatuur, dat boek van Karel van het Reve, konden lezen in de tijd die ze nu verdoen met videoflauwekul.’
‘Jij beschouwt fotografie of videografie ook niet als kunst, begrijp ik.’
‘Nee. Beeldende kunst, daar moet je toch je best voor doen. Dat is meer dan een kiekje maken, of een serie kiekjes. Er zijn natuurlijk wel bewerkte foto’s waarvan je met enige moeite kunt zeggen dat ze tot de beeldende kunst behoren. Man Ray bijvoorbeeld. Maar een foto haalt het niet bij een schilderij of een sculptuur. Maar ja...’
‘Het is onze SUV-cultuur.’
‘Ik zocht naar zo’n woord, Sarah. De algemene gemakzuchtigheid, vermengd met de onvermijdelijke ziekte van zovelen onzer om te laten zien wat we hebben. Ik moet opeens denken aan wat een waardeloos kunstenaar, Andy Warhol, eens zei: iedereen wordt 15 minuten lang beroemd.’
‘Je moet er niet aan denken wat hij met internet gedaan zou hebben.’

zondag 5 augustus 2007

Beeldcanon

‘Die beeldcanon, Ben.’
‘Ja. Onzin, natuurlijk.’
‘Waarom?’
‘Ten eerste wordt zo’n canon al voorgesteld door een medium dat het met beelden moet doen. De televisie. Vanuit het praatje dat één beeld meer zegt dan duizend woorden.’
‘Jij wilt zeggen: dat klopt niet.’
‘Nee, natuurlijk niet. Lees eens een paar alinea’s van Tsjechov of Nakobov of, weet ik veel, Grunberg. Een stuk of drie of vijf of tien woorden, goed achter elkaar gezet, zeggen meer dan willekeurig welk beeld.’
‘Maar als je bijvoorbeeld de ramp van Enschede ziet...’
‘Je bedoelt met dat vuurwerk. Ja, dat is leuk om te zien. Minder leuk als je er zelf mee te maken hebt. Maar als je wilt voorkomen dat zo’n ramp zich nog eens zal voltrekken, dan heb je op zijn minst gesproken en daarna geschreven woord nodig. Videootjes zijn overbodig.’
‘Vind je dat in het algemeen videootjes overbodig zijn?’
‘Nee. Ik heb er wel graag commentaar bij.’

Poker

‘Dat is echt het simpelste spel dat er is, Sarah.’
‘Dat zeg je omdat je schaak speelt.’
‘Ja. In het schaakspel moet je de verleidingen openlijk tentoonspreiden. Je doet een zet, en je tegenstander ziet die zet. Maar hij weet niet, of niet precies, wat jij met die zet voorhebt. In het pokerspel is dat duisterder. Je tegenstanders zien niet welke twee kaarten je hebt.’
‘Dus ze moeten gokken.’
‘Ja. Ze gokken. Stel dat je met z’n achten poker speelt. Jij bent de vierde man die moet inzetten of passen. Drie man hebben al gepast. Je hebt een klaveren vrouw en een ruiten drie, dus een waardeloze kaart. Dan is mijn advies: stevig raisen. En stevig blijven raisen.’
‘Maar dat kun je toch aan iemand zien!’
‘Of hij bluft? Daar moet je je geen zorgen over maken. Geen zonnebril opzetten. Hoe meer je van je gezicht laat zien, hoe meer twijfel er komt. Hoe meer dingetjes ze zullen zien. De oude Kortsnoj had ook een zonnebril op toen hij in de Filippijnen tegen Karpov speelde. Kortsnoj verloor.’
‘Zo’n zonnebril, wil je zeggen, is een teken van zwakte.’
‘Ja.’
‘Had je nog meer tips?’
‘Nee. Alleen zou ik niet graag poker spelen met iemand die het kapsel heeft van Danny Christian.’
‘Waarom?’
‘Zo’n figuur wil je graag de zaal uit timmeren. Dus dan ga je teveel bluffen.’

zaterdag 4 augustus 2007

Amfetamine

‘Ik herken ze gewoon.’
‘Je bedoelt, die jongens van de Raboploeg, Contador, de Discoveries, de T-Mobiles enzovoorts.’
‘Ja. Die zijn allemaal ingespoten. Kijk die jongens maar eens aan, gewoon op een rustdag. Dan weten ze niet waarnaar ze kijken moeten. Hun ogen vliegen van links naar rechts.’
‘Nu je het zegt.’
‘Ik zag het van de week ook bij een 400 meterloper uit Amerika. Die jongen deed eerst zijn uiterste best met zijn ogen, maar hij hield het niet vol. Na een minuut gingen zijn ogen ook zwerven.’
‘En dat komt volgens jou dus van de amfetamine.’
‘Bijvoorbeeld, ja.’
‘Maar ze moeten keer op keer door de dopingcontrôle.’
‘Daar hebben ze wel wat op gevonden, dacht je ook niet?’
‘Maar hoe moet het dan met Het Zwarte Gat, na hun sportcarière?’
‘Dat Zwarte Gat is een periode van afkicken. Niet zozeer van de grote vermoeidheden, maar van de grote hoeveelheden der diverse stoffen die ze hebben genomen. De meesten komen er wel doorheen, maar sommigen niet. Pantani.’
‘Dus jij denkt dat bijvoorbeeld Armstrong de zeventig jaar niet haalt.’
‘Die haalt de zeventig niet, nee. Boogert ook niet, al die jongens niet.’

Vreemde woorden

‘Ik bedoel dat woorden als computer of laptop zo langzamerhand gewoon Nederlandse woorden zijn geworden.’
‘Akkoord. Maar een woord als management...’
‘Dat noemen we in Nederland toch bestuur? Het bestuur van de ABN-AMRO stelt voor enzovoorts. Policy is een woord dat ze ook een tijdje geprobeerd hebben. Beleid.’
‘Maar dat soort dingen stoort je dus niet.’
‘Neuh. Ik blijf gewoon Moskou en Peking zeggen, en niet Moskwa en Bejing, maar als andere mensen daar anders over denken...’
‘Ik herinner me anders wel dat je enorm gelachen hebt om iemand die op de tv sprak over Weedzjing toen hij Peking bedoelde.’
‘Jaha! Dat is het soort mensen dat Sjanghai kent, maar Shanghai in een boek leest en dan die plaatsnaam heel anders gaat uitspreken: Zzzhwanghaai. Heerlijk!’
‘Maar verder dus: all right of voilà of verdummt!, als je dat soort termen gebruikt, dan doe je ze cursief en klaar ermee.’
‘Ja. De tekst is Nederlands. De schaarse dingen in andere talen doe je cursief.’
‘Dat is de höftsack. We drinken nog even deze fles port op, Ben.’

Eduvacation

‘Als je ‘benliegtnooit’ intikt, krijg je onze blog natuurlijk, maar je krijgt ook een paar andere sites, onder meer Eduvacation.’
‘So what, Ben?’
‘Nou, daar staat ons gesprekje over Reizen. Ik geloof niet omdat dat zo goed geschreven was, maar omdat er Thailand of Sidney of Denemarken als naam in voorkwam. Ze grazen gewoon alles af, geloof ik.’
‘En wat wou je nou eigenlijk zeggen?’
‘Ik wou dat eens controleren, door een fantastisch vakantieoord te noemen.’
‘Je bedoelt niet Torremolinos.’
‘Tuurlijk niet.’
‘Je bedoelt bijvoorbeeld een spannende ecovakantie naar Belize.’
‘Ja!’
‘En wat nu?’
‘Kijken bij Eduvacation.’

Humor

‘Ik heb nu anderhalf uur gekeken naar Jim Carrey. Ik heb niet één keer gelachen om Jim Carrey. Hij deed er wel zijn uiterste best voor, maar ik heb niet om hem kunnen lachen.’
‘Je bedoelt dat voortdurende gebekkentrek.’
‘Ja. Ik herinner me een Amerikaanse schilder van vijftien jaar geleden, Jim of James of John Garrison of zoiets, die hoog opgaf van de humor van Jim Carrey. Ik had hem toen nog nooit gezien, dus ik mompelde maar wat.’
‘Jij houdt meer van de Britse gein.’
‘Bijvoorbeeld. Ik houd niet van mensen die een geinponum opzetten. Ik vind juist dat je een grap moet vertellen met een betrekkelijk ernstig gezicht.’
‘Op het gezicht moet niet teveel te lezen zijn, bedoel je.’
‘Nee. Een figuur zoals meneer Vonhoff van de VVD bijvoorbeeld. Hem wordt iets gevraagd en hij antwoordt, volkomen serieus: ‘U bedoelt orale communicatie.’ Dat zijn de krenten in de pap.’

vrijdag 3 augustus 2007

Ziekenhuisberichten

‘Ik ga nooit meer in een ziekenhuis liggen, Sarah.’
‘Komt dat door de alomtegenwoordige publiciteit, Ben?’
‘Nee. Of ja, misschien. Er zijn per jaar, naar mijn schatting, 30.000 fouten. Vermijdbaar of verwijtbaar, zoals ze dat noemen. Verwijtbaar, zoals ik het zie.’
‘Hoe kom je aan dat getal, Ben?’
‘Per jaar maken ze 1700 mensen dood in ziekenhuizen. Complicaties, noemen ze het. Plus 6000 mensen die uit het ziekenhuis komen met chronische klachten. Reken daar de niet-chronische klachten nog eens bij. Dan kom je op 30.000, volgens mij.’
‘Lijkt me een redelijke schatting. Maar als je nou eens een been breekt?’
‘Dan ga ik naar het ziekenhuis, natuurlijk. Maar stel, er moet iets gebeuren aan mijn hart. Een operatie. Dan wordt er gezegd: dan moet u naar dit of dat ziekenhuis gaan, meneer Hoogeboom, want daar hebben ze er ervaring mee. Kunstje van niks.’
‘En dat vertrouw jij niet.’
‘Nee. Maar eigenlijk vind ik ook: moet ik nou overleven, terwijl er talloze José’s, Carmelita’s en Jhu Chang Li’s aan dezelfde ziekte zullen sterven? Zeg nou zelf, lieve Sarah, dan kan ik toch beter gewoon op mezelf dood gaan?’

donderdag 2 augustus 2007

Twee maar

‘Vijfentwintig jaar geleden was ik eens op een feestje bij buurvrouw Mo. Van dat feestje bleven over: Mo, ik en een jongen, die als begeleider of zoiets werkzaam was in een inrichting voor kinderen. Mo werkte toen ook nog in die inrichting. Mo en die jongen praatten met elkaar, en ik zat er maar zo’n beetje bij.’
‘Zeker veel gedronken?’
‘Nee. Helaas niet. Als ik veel gedronken heb, meng ik me juist in conversaties.’
‘Dan maak je aardige opmerkingen, bedoel je.’
‘Ja. Tot veel meer ben ik nooit in staat geweest. Maar die Mo en die jongen praatten maar en praatten maar, en het ging over een meisje dat er slecht aan toe was.’
‘Een zelfmoordklantje?’
‘Ik dacht het wel, ja. En Mo en die jongen praatten maar door, en steeds ging het maar over dat meisje. Ik stond op een gegeven ogenblik op en zei tegen die jongen: als je een vent bent, haal je dat meisje in huis! Je laat haar niet verkommeren in die inrichting.’
‘Dat viel natuurlijk niet zo goed.’
‘Nee. Dat zag ik helemaal verkeerd, want enzovoorts. Aan dat verhaal moest ik vanavond denken toen ik nog even iets zag van het Belgische ‘Terzake’. De laatste tien minuten daarvan gingen over twee Congolese weesjongens in een orphelinat in, dat weet ik niet, Brazzaville misschien. Daar waren een Franse mevrouw en meneer op afgekomen. En die twee Fransen hadden het voor elkaar gekregen om die twee weesjongens een computeropleiding te laten volgen.’
‘Een wat?’
‘Een computeropleiding. En die twee jongens waren 6 en 8 jaar. Ze zaten in een weeshuis met nog twintig of dertig kinderen. Die kregen geen computeropleiding, begreep ik. Die kregen niets. En ik moest gelijk denken aan die jongen op Mo haar feestje, vijfentwintig jaar geleden. Een van die twee weesjongens in ‘Terzake’ kon geen woord uitbrengen, hij zei niks. Echt een zelfmoordklant, als je het mij vraagt.’
‘Je bedoelt, zo’n jongen heeft geen cursus nodig, die heeft een thuis nodig.’
‘Natuurlijk heeft ie een thuis nodig. maar dat heeft hij niet. Zijn vader en moeder waren overleden door, denk ik, aids. Het is logisch dat een jongen zwijgzaam wordt, als hij in een weeshuis zit met zalvende pleegzusters bloedwijn. We hebben ons doel bereikt, zeiden die twee Fransen tenslotte.’
‘Ze moesten dat soort toerisme aan banden leggen.’